Helpt u ons aan 500 donateurs om kanker-actueel online te houden?

17 juli 2018: lees ook dit artikel: 

https://kanker-actueel.nl/chemo-bij-beginnende-operabele-hormoongevoelige-borstkanker-er-en-pr-pos-en-her2-neg-blijkt-bij-70-procent-zinloos-te-zijn-bij-slechts-30-procent-heeft-chemo-enig-effect-blijkt-uit-grote-studie-van-oncogen-dx-21-genen-test.html

11 december 2015: Bron: San Antionio Breast Cancer Symposium

Chemo als behandeling voor in de lymfklieren uitgezaaide borstkanker is zinloos bij vrouwen in leeftijd voor de overgang met het type Luminal A met tumoren groter dan 5 cm., luminal A is een subtype dat tumorexpressie heeft van ER en PR positief en Her2 negatief, een hormoongevoelige vorm van borstkanker dus. Het geeft geen enkel verschil op de overleving op 10 jaars meting voor vrouwen die tumoren hadden groter dan 5 cm.. Dit blijkt uit een nieuwe analyse van Torsten Nielsen en collega's, van de University of British Columbia.


Uit een nadere analyse van een grote gerandomiseerde studie, de phase III Danish Breast Cancer Cooperative Group (DBCG77B) clinical trial blijkt dat de vrouwen uit die studie met het luminal A type met tumoren groter dan 5 cm. die een behandeling met  chemo hadden gehad geen groter risico hadden te overlijden binnen 10 jaar dan de vrouwen met luminal A type die geen chemo hadden gehad. Alle vrouwen uit de studie hadden wel allemaal bestraling gehad en geen hormoontherapie. De onderzoekers zeggen er nog bij dat omdat hormoontherapie de effectiviteit van chemo kan onderdrukken zij aannemen dat vrouwen met luminal type A die wel hormoontherapie krijgen waarschijnlijk ook geen profijt van chemo zullen hebben gehad. Deze nieuwe studie heeft een follow-up tijd van 25 jaar.


chemo en borstkanker 3

Studieopzet en resultaten:

Totaal 1146 vrouwen met lymfklier positief uitgezaaide borstkanker met tumoren groter dan 5 cm. zijn opgenomen in deze studie. Tussen 1977 en 1983 waren deze vrouwen behandeld voor in de lymfklieren uitgezaaide borstkanker met tumoren groter dan 5 cm. Alle vrouwen uit de studie hadden wel allemaal radiotherapie - bestraling gehad en niemand had hormoontherapie gehad. Verder waren de vrouwen gerandomiseerd ingedeeld in twee groepen die chemo kregen in de vorm van of alleen cyclophosphamide of een combinatie van cyclophosphamide, methotrexate, en fluorouracil - CMF regiem genoemd:

Dr. Nielsen en collega's analyseerden tumorweefsel van 709 evalueerbare patiënten op de receptoren ER = oestrogeen receptor, PR = progesteron receptor, HER2, en Ki67, en uit die 709 patiënten voldeden er  165 aan de definitie borstkanker luminal A subtype.

De onderzoekers vonden dat er geen verschil zat in ziektevrije overleving op 10 jaar tussen vrouwen met luminal A subtype die wel of geen chemo hadden gehad. Patiënten met andere subtypes waaronder grotendeels met luminal B type, HER2 pos. expressie en triple negatieve borstkanker die chemo kregen als behandeling hadden 50% minder kans op een recidief binnen 10 jaar in vergelijking met de patienten met zelfde subtypes die geen chemo kregen. 

Dr. Nielsen merkt verderop dat geen van de vrouwen uit de studie hormoontherapie kreeg als aanvullende behandeling. Vanuit dat oogpunt zou deze studie niet volledig de huidige manier van behandelen weerspiegelen. Echter van hormoontherapie is bekend dat het de tumor ongevoeliger maakt voor chemotherapie. “Gegeven het feit uit onze studie dat vrouwen met borstkanker met luminal subtype A niet profiteren van chemotherapie mag ervan uit worden gegaan dat vrouwen met hetzelfde subtype van borstkanker ook niet zullen profiteren van chemotherapie", aldus prof. dr. Nielsen.

“De studie gaf profijt voor chemotherapie te zien omdat vrouwen met subtypes luminal B en andere subtypes veel beter profiteerden van chemo op basis van een cyclophosphamide regiem dan vrouwen met het luminal type A ” aldus Dr. Nielsen. 

chemo en borstkanker 2

This study was supported by the Canadian Breast Cancer Foundation, the IM Daehnfeldt Foundation, and the Danish Research Council. Dr. Nielsen has ownership interest in Bioclassifier LLC, and holds patent with, consults for, and has received royalty and fees from NanoString Technologies (who were not part of this study).

Het volledige studierapport en abstract van de nieuwe studie van dr. Nielsson en collega's is nog niet vrijgegeven. Althans ik kan er nog niet bij.

Het volledige studierapport van de Deense fase III studie uit 2010 die als basis diende voor de studie van dr. Nielsson en collega's nu in 2015: Cyclophosphamide, methotrexate, and fluorouracil; oral cyclophosphamide; levamisole; or no adjuvant therapy for patients with high-risk, premenopausal breast cancer is volledig gratis in te zien, maar bedenk dat daar de resultaten als geheel genomen zijn. Terwijl in de nieuwe studie is een nadere analyse gemaakt n.a.v. de verschillende subtypes.

Hier het abstract van die Deense studie uit 2010:

Here, we report the 25-year results of the Danish Breast Cancer Cooperative Group (DBCG) 77-B trial, which randomized premenopausal women with high-risk, early breast cancer to receive either radiotherapy alone, or radiotherapy plus levamisole, or radiotherapy plus oral C, or radiotherapy plus classic CMF.

Cancer. 2010 May 1;116(9):2081-9. doi: 10.1002/cncr.24969.

Cyclophosphamide, methotrexate, and fluorouracil; oral cyclophosphamide; levamisole; or no adjuvant therapy for patients with high-risk, premenopausal breast cancer.

Abstract

BACKGROUND:

The Danish Breast Cancer Cooperative Group (DBCG) 77B trial examined the relative efficacy of levamisole, single-agent oral cyclophosphamide, and the classic combination of cyclophosphamide, methotrexate, and 5-fluorouracil (CMF) against no adjuvant systemic therapy in high-risk breast cancer patients. The authors report the results from that trial after a potential follow-up of 25 years.

METHODS:

Between 1977 and 1983, 1146 premenopausal patients who had tumors >5 cm or positive axillary lymph nodes were assigned randomly to 1 of 4 options: no systemic therapy, levamisole 5 mg weekly for 48 weeks (the levamisole arm), oral cyclophosphamide 130 mg/m(2) on Days 1 through 14 every 4 weeks for 12 cycles (the C arm), or oral cyclophosphamide 80 mg/m(2) on Days 1 through 14 plus methotrexate 30 mg/m(2) and fluorouracil 500 mg/m(2) intravenously on Days 1 and 8 every 4 weeks for 12 cycles (the CMF arm).

RESULTS:

The 10-year invasive disease-free survival (IDFS) rate was 38.6% in the control arm compared with 55.5% in the C arm, 48.8% in the CMF arm, and 35.2% in the levamisole arm. Compared with the control arm, the hazard ratio for an IDFS event was 0.62 in the C arm (P = .001) and 0.70 in the CMF arm (P = .01). The hazard ratio for death was 0.70 in both the C arm (P = .02) and the CMF arm (P = .02) at 10 years, and the overall survival (OS) benefit was maintained during 25 years of follow-up. No significant differences were observed in IDFS or OS between the C arm and the CMF arm or between the levamisole arm and the control arm.

CONCLUSIONS:

Compared with controls, both cyclophosphamide and CMF significantly improved disease-free survival and OS, and the benefits persisted for at least 25 years in premenopausal patients who had high-risk breast cancer.

(c) 2010 American Cancer Society.

PMID:
20186830
[PubMed - indexed for MEDLINE]

Plaats een reactie ...

Reageer op "Chemo voor borstkanker met type Luminal A (hormoongevoelig met ER en PR pos. en Her2 neg) is zinloos en geeft geen enkel verschil in 10-jaars overleving in vergelijking met geen chemo biij vrouwen in leeftijd voor de overgang copy 1"


Gerelateerde artikelen