2 april 2008: Bron: Stichting Orthomoleculaire Educatie

Arts-bioloog drs. Engelbert Valstar had meegewerkt aan de NOVA reportage van 21 maart 2008. Bij de Stichting Orthomoleculaire Educatie heeft hij onderstaande column geplaatst. Met zijn toestemming plaatsen we die ook hier.

Ter informatie voor wie de uitzending heeft gemist: Hier is de uitzending alsnog te zien.

Door: drs. E. Valstar, arts/bioloog


Begin februari of nog iets eerder deed het actualiteitenprogramma NOVA de volgende oproep uitgaan: ”Het televisieprogramma NOVA wil graag in contact komen met kankerpatiënten die complementaire geneeswijzen hebben gebruikt bij de behandeling van hun ziekte. Ook zoekt NOVA contact met nabestaanden van mensen die gebruik gemaakt hebben van alternatieve behandelingen.
Van reguliere ziekenhuizen is na te gaan wat de kwaliteit van de zorg is. Bij de alternatieve behandeling is dat niet altijd het geval. Wel draait de patiënt bij een alternatieve behandeling vaak zelf op voor de kosten. Werken veelbelovende behandelingen wel en kunt u goed nagaan wat de kwaliteit van de zorg is voordat u aan een behandeling begint? Heeft u ervaring met alternatieve behandelaars of bent u er na een tijdje meegestopt, neemt u dan contact op met de redactie van NOVA”.

Een paar dingen vallen op aan deze oproep: in het begin wordt gesproken over complementaire, later over alternatieve geneeswijzen. Het eerste is beter omdat het toch gaat om en en, niet om of of. De bewering dat is na te gaan wat de kwaliteit is van de reguliere zorg, is in die zin onjuist dat ziekenhuizen in het algemeen geen gedetailleerde inzage in hun prestaties willen en niet alles wat er standaard gedaan wordt goed wetenschappelijk onderzocht is (denk bijvoorbeeld aan het bij jongere borstkankerpatiënten standaard maken van een mammografie van de andere borst). Gezegd wordt dat de patiënten vaak voor de kosten van een alternatieve behandeling opdraaien. Hierbij wordt vergeten dat de reguliere behandeling doorgaans veel duurder is en deze via de verzekering ook door de patiënten wordt betaald!

Via met name Kees Braam van de website kanker-actueel (zie www.kanker-actueel.nl) ontdekte NOVA dat relatief veel patiënten naar Robert Gorter en naar mij gaan. Zodoende werd ik begin maart 2008 gebeld door Judith Pennarts, politicologe en werkend als medisch journaliste voor het actualiteitenprogramma NOVA. NOVA wilde een interview met mij en met patiënten van mij. In een interview van een klein uur werden tal van vragen over mijn werk, over bewijzen voor de werkzaamheid van door mij toegepaste therapieën, maar ook over de kosten, contacten met reguliere collega’s etc. op mij afgevuurd.

Het uur van de uitzending was op 21 maart 2008. Vlak voor de uitzending keek ik op de website van NOVA (www.novatv.nl) en zag dat de titel van de reportage luidde: ’Alternatieve kankerbehandeling gevaarlijk’. Ik had toch verteld dat de meeste interacties met de complementaire behandeling (ik heb zelf steevast van complementair en niet van alternatief gesproken!) gunstig waren en dat met ongunstige rekening wordt gehouden? De uitzending begon met de mededeling dat NOVA samen met de Vereniging voor Oncologie een enquête onder de leden van deze vereniging had gehouden. Daar kwam onder andere uit dat 32% van de oncologen dagelijks vragen krijgen over ’alternatieve’ geneeswijzen en 47% krijgt dat slechts een keer per week. Hoogleraar oncologie Punt tekende hierbij aan: ”Ik wil graag patiënten helpen met middelen waarvan is aangetoond dat ze kunnen helpen”, daarmee ten onrechte suggererend dat dit bij mij en andere complementaire artsen in mindere mate het geval zou zijn. Van de reguliere oncologen staat 14% constructief tegenover ’alternatieve’ geneeswijzen, 11% staat er neutraal en 75% staat er kritisch tegenover.

Regulier oncoloog Koos van der Hoeven stelt dat ’alternatieve’ artsen dingen zeggen en doen die ze niet tijdens de studie geleerd hebben en daardoor de term arts (bedoeld zal zijn de artsentitel) misbruiken. Dit is zeer paternalistisch, er is immers elders ook het nodige te leren dat uiteraard inhoudelijk goed gewogen moet worden. Misbruik van de artsentitel verwijten geeft aan dat Van der Hoeven met betrekking tot de complementaire geneeskunde de klok heeft horen luiden, maar niet weet waar in het heelal de complementaire klepel hangt. Laat hij beginnen met het bestuderen van de ruim 1.400 gerandomiseerde studies in de therapeutische sfeer die op www.ngoo.nl zijn te vinden. Tegen zijn patiënten zegt Van der Hoeven dat hij het (complementaire therapie) niet zou doen maar dat u, als u zich er goed bij voelt, het ondanks de kosten maar moet doen. Ook zegt hij: ”Als ik wist dat het hielp, schreef ik het onmiddellijk voor”. Welnu, Van der Hoeven moet dus snel aan de studie!

Van der Hoeven geeft aan dat er in de natuur goede antikankerstoffen voorkomen. Als voorbeeld noemt hij het zeer dure en zeer veel bijwerkingen gevende taxol (de kosten van een enkel infuus met taxol inclusief de extra kosten bedragen 2.000–3.000 euro!). Hij zegt er niet bij dat taxol bij uitgezaaide borstkanker de mediane overleving met slechts 4 maanden verlengt en dat het bij eierstokkanker stadium 3–4 ten onrechte in de eerstelijnsfase wordt toegepast (carboplatin alleen volstaat dan). Pas bij een eerste recidief is taxol zinvol, ook al betekent de toepassing van taxol ook dan slechts levensverlenging. Van der Hoeven moet zich meer realiseren en ook toegeven dat het geld in dit alles juist in de reguliere geneeskunde een dominerende factor is!!

Punt past dendritische cellen bij drie vormen van kanker toe en vindt dat Gorter te ver gaat door dendritische cellen in combinatie met andere behandelingen (vaak onder andere hyperthermie) ook bij andere vormen van kanker toe te passen. Punt zegt er echter niet expliciet bij dat dendritische cellen zoals hij ze toepast ook nog steeds experimenteel zijn. Ook stelt hij expliciet dat er geen bewijs is dat dendritische cellen met hyperthermie beter werken. Kennelijk kent hij niet het gerandomiseerde onderzoek van Guo et al (PMID 17294445): met hyperthermie erbij een duidelijk langere ziektevrije overleving. Deze studie zit in de reeds genoemde lijst van 1.400 gerandomiseerde studies, die ook Punt eerst maar eens moet gaan bestuderen (en dan met mij bij NOVA live in debat).

De uitspraak van Punt dat de door hen toegepaste therapie voor sommige ’alternatieve’ artsen financieel lucratief is, gaat te ver, al was het alleen al omdat er in de reguliere gezondheidszorg relatief veel meer geld omgaat. Ook zijn uitspraak over Sint-Janskruid (namelijk dat het met chemo kan interfereren, dat wil zeggen: het kan de werking van Irinotecan verminderen) is belachelijk. Om te beginnen geven orthomoleculaire artsen doorgaans geen Sint-Janskruid omdat het hen bekend is dat het in ieder geval Irinotecan tegenwerkt (Irinotecan verlengt de mediane overleving van patiënten met uitgezaaide darmkanker mediaan overigens met slechts iets van een of enkele maanden). Punt moet behalve de lijst van 1.400 studies ook maar mijn boek ’Voedingsinterventie bij kanker’ gaan lezen. Dan zal hij zien dat bijna alle interacties tussen complementaire middelen en reguliere behandeling gunstig zijn.

Ten onrechte suggereren/denken veel oncologen dat de complementaire toevoeging kwakzalverij impliceert of gevaarlijk is (ook al denkt 3% van de oncologen wel dat orthomoleculaire geneeskunde kan helpen). Ook de bewering van Punt dat nog nooit is aangetoond dat een dieet (voeding(sstoffen)) een gunstige invloed heeft op bestaande kanker toont zijn gebrek aan kennis van de orthomoleculaire oncologie. Heeft bijvoorbeeld foliumzuur als Leucovorin de kans op genezing van darmkanker stadium C door mede 5-FU niet vergroot? PSK vermindert bij darmkankerpatiënten stadium B,C de sterftekans met zeker 15%. In Japan is dit sinds 1989 een regulier middel. Punt en co kennen het niet dan wel doen er niks mee. Punt en Van der Hoeven hadden in NOVA expliciet beide een witte jas aan. Past hierbij, om aan het geheel een psychoanalytisch tintje te geven, niet het citaat uit Robert Musils ’Mensch ohne Eigenschaften’: ’Die Mediziner sind mehr verrückt von einem schönen Krebsfall als von einer schönen jungen Frau’?

Uit de NOVA-enquête blijkt verder dat jaarlijks honderden patiënten de reguliere oncologie de rug toekeren. Op 50.000 patiënten is dat 0,4%. Het is niet gezegd dat deze zich wel complementair laten behandelen. Bekend is dat de therapietrouw in vele takken van de geneeskunde veel slechter is. Kortom, zo’n resultaat zegt dus niets, temeer omdat er ook geen bewijs is dat het volgen van een complementaire behandeling de kans op het afwijzen van een reguliere behandeling vergroot. Bovendien is het ook nog eens zo dat een deel van de weggelopen patiënten naar een andere oncoloog kan zijn gegaan, door wie niet (overal) informatie is opgevraagd. Helaas legde NOVA met de titel van de reportage te veel de nadruk op de mening van niet op complementair terrein deskundige oncologen en werd het weglopen van honderden patiënten ten onrechte geMillecammiseerd (je exploiteert iemand zonder permissie postuum goed of je doet het niet, zal bij NOVA gedacht zijn).

De oncologen vinden dat er door henzelf, de patiëntenverenigingen en de Inspectie meer tegen ’alternatief’ gewaarschuwd moet worden. Nee, er moet juist door patiëntenverenigingen en de Inspectie gewaarschuwd worden voor oncologen die door gebrek aan kennis onjuiste adviezen geven over complementaire geneeskunde en helemaal voor oncologen die na bestudering van mijn lijst van 1.400 studies (nogmaals zie www.ngoo.nl) blijven zeggen dat complementaire geneeskunde geen zin heeft.

NOVA heeft aan de bekende feiten/vooroordelen ongeveer niets toegevoegd. De complementaire artsen (Gorter en ik) kwamen wel iets meer aan het woord dan vroeger het geval zou zijn geweest, toch was er zeer veel geknipt. Bovendien kwamen de patiënten, behalve een paar keer over wat het hen kostte, met name wat hun persoonlijke ziektegeschiedenis aangaat zo ongeveer niet aan het woord (er waren patiënten bij met een afname dan wel zelfs een compleet verdwijnen van hun tumor). Kortom, het item verdient het etiket ’A-NOVA’.

 

 


Plaats een reactie ...

Reageer op "Arts-bioloog Engelbert Valstar reageert met column "ANOVA" op NOVA reportage van 21 maart 2008 : Alternatief is gevaarlijk, Uit NOVA"


Gerelateerde artikelen
 

Gerelateerde artikelen

Un grand homme: Louis Pasteur. >> Project C. Column van arts-bioloog >> De zoete koek van Katan. Column >> Ordnung muss sein. Column >> KWFzalverij revisited. Column >> Do not confuse leadership >> Domheid is zonde. Column van >> Teloorgang ziekenhuizen? column >> Aanvullend verzekeren in de >> Ethische en juridische aspecten >>