15 februari 2015: op vragen gesteld in reacties: vorig jaar heeft mevrouw X ons nog een donatie gegeven en vertelde ze mij via mail dat het nog steeds goed met haar ging en geen enkel teken van een recidief van haar alvleesklierkanker.
3 juni 2011: hieronder het verhaal van mevrouw X. Enkele jaren geleden heeft zij nog een interview gegeven aan Uitzicht het maandblad van de Moermanvereniging en ging het nog steeds uitstekend met haar. Ik weet niet hoe het nu met haar gaat, ik hoop dat zij nog steeds in leven is, maar haar verhaal is een prachtig verhaal van iemand die met een gezonde leefwijze en gerichte begeleiding een ongeneeslijke vorm van alvleesklierkanker overwon. Meer dan de moeite waard haar verhaal nog eens te lezen.
Juli 1991 krijgt mevrouw X. (toen 60 jaar) een enorme dreun. Uit onderzoek blijkt dat er een tumor in haar alvleesklier groeit. De tumor is nog niet zo groot, 3 bij 2.5 cm., maar zit vastgekleefd aan de aorta en is daardoor inoperabel volgens de artsen. Omdat mevrouw X. zelf verpleegkundige is weet ze donders goed dat deze boodschap in feite haar doodsbericht is. Want hoewel ze zich niet eens lichamelijk slecht voelt en erg optimistisch van aard is weet ze ook dat bij deze vorm van kanker op deze plaats (verkleefd aan de aorta) chemo en bestraling in principe zinloos is. En zo ook luidt de conclusie van de behandelende artsen in het ziekenhuis: " we kunnen u nog een experimentele chemo met aanvullende bestraling geven, maar zoals u weet is dat alleen palliatief (klachtenverminderend) en kunt u daarvan geen genezing verwachten."
In haar praktijkervaring als verpleegkundige was X. regelmatig in contact gekomen met mensen die het Moermandieet gebruikten en aanvullende voedingssupplementen. X vertelt mij: "Ik had altijd tegen mezelf gezegd, als ooit mij zoiets overkomt dan ga ik dat in ieder geval ook proberen, want ik zag toch vaak dat mensen ervan opknapten en in ieder geval de kwaliteit van leven omhoog gaan. Dus voor mij was duidelijk dat de tijd rijp was om me ook maar eens op het alternatieve vlak te begeven. Via via was ik op de naam van Dokter W. gestoten en die man woonde niet te ver weg bij mij en ik dus naar hem toe. Maar de eerste ontmoeting was een koude douche. f 50,-- per 15 minuten, f 250,-- voor een eerste consult en een lijst van supplementen van f 450,--. Ik weet niet meer of dat per week was of per maand, maar in ieder geval had ik er weinig vertrouwen in. Zeker ook omdat die man nou niet bepaald bij mij de indruk weg kon nemen dat hij maar wat deed en meer op geld uit was dan om mij te helpen. Teleurgesteld en toch ook een beetje bang weer naar huis. Want wat nu?" (noot redactie: dokter W. is al begin jaren negentig door de Moermanvereniging geschorst en uit de Vereniging gezet) Via een nichtje van haar kwam X aan het adres van dokter Valstar. Maar gezien haar ervaringen met de eerdere Moermanarts was ze toch wel een beetje huiverig en wantrouwend.
X: "Ik vond Valstar in het begin maar een beetje typische man. Hij sloeg me direct om de oren met medische termen en ons gesprek was meer een gesprek op artsenniveau dan op het niveau van arts naar patiënt. Maar ja ik was verpleegkundige en begreep heel goed wat die man bedoelde. En eerlijk gezegd gaf me dat juist weer wat meer vertrouwen. Valstar wist in mijn ogen verrekte goed waar hij het over had. Hij verwees me ook naar wetenschappelijke studies en dat sprak me wel aan." X. besluit te starten met het Moermandieet (inmiddels meer het Houtsmullerdieet) en aanvullende supplementen.
Met die gegevens en de supplementen bij zich meldt ze zich weer in het ziekenhuis om de komende behandelingen verder door te praten. Omdat X. zich niet alleen op de alternatieve behandelingen wil richten maar ook het experiment aan wil gaan met de chemo en bestraling. Daarvoor moet ze wel naar een ander gespecialieerd ziekenhuis. X. herinnert zich nog haarscherp dat ze zich toen realiseerde aan de andere kant van de medische molen te zijn beland. Toch zijn de behandelende artsen in het gespecialiseerde ziekenhuis in eerste instantie erg aardig. Er wordt een experimenteel schema opgezet van zowel bestraling als chemo samen: Dit hield in een bestralingskuur van 15 bestralingen per week te combineren met chemotherapie. Ik werd dus 3 maal daags bestraald, 5 dagen per week. Deze bestralingen werden 3 weken gegeven, dus in het geheel 45 bestralingen. In de eerste week kreeg ik naast de bestralingen 24-uurs chemo erbij. De bedoeling was, dat er één week pauze van chemo in die drie weken zou zijn terwijl de bestralingen doorgingen. In de laatste week zou ik weer chemo krijgen. Ik ben hiervoor drie weken opgenomen geweest. Vooral door de chemo gingen de slijmvliezen van mijn mond, keel en vooral het tandvlees stuk. Alles was ontstoken, Daarom is op mijn verzoek de chemokuur gestopt en ik heb dus de laatste bestralingsweek geen chemokuur meer gekregen.
Al met al heeft de hele behandeling 3 weken geduurd Toen X bij de oncoloog aankwam met de supplementen en de dieetvoorschriften reageerde deze nou niet bijster enthousiast. Hij liet dit ook blijken door te zeggen dat het zonde van het geld was en dat ik beter gezellig uit eten kon gaan, want dat hij nog nooit had gehoord dat er iemand van kanker genezen was door deze therapie. Hij zei ook dat de enige kans die ik nog had chemotherapie was. Letterlijk zei hij: "Het is uw laatste strohalm". En zo begint mw. X. aan haar experimentele chemo. Al direct komen er dus veel klachten. Slijmvliezen gingen stuk, tandvlees gaat kapot enz. Tijdens de kuur heeft X een gesprek met de zaalarts. X.: "hoewel ik me behoorlijk beroerd voelde had ik me toch netjes opgetut. Lippenstift op, oorbelletjes in en lekker zittende maar ook mooie kleren aan gedaan. Tenslotte vind ik dat mijn zelfrespect ook wat waard is en om er nou al als een afgeschreven kankerpatiënt bij te gaan lopen dat weigerde ik. Dat ik erg ziek was wist ik wel. Maar hoefde ik niet zo nodig uit te dragen naar anderen toe. Ik kom dus bij die zaalarts. Een jonge meid, knappe kop. Haar eerste opmerking zette direct de toon: "Ik zie u iedere morgen naar de bestraling gaan, mooi opgemaakt en oorbellen in, maar u beseft volgens mij niet hoe ziek u bent". Hoe bedoelt u dokter? Nou, als ik u zo zie lopen, bent u niet wat te euforisch over alles? Mijn man stond een eindje verder weg in de hoek van de kamer en ik zag aan zijn schouders dat hij stond te huilen. Ik werd zo boos. En vertelde de oncologe dat ik donders goed wist dat ik weinig kans maakte, maar dat ik vastbesloten was 100 te worden. En dat ik haar niet nodig had om mijn dood aan te kondigen, maar dat ik dat altijd nog zelf het beste zou aanvoelen. En daarvoor heb ik geen oncologe nodig. En zeker niet op deze manier. U zult best een knappe kop zijn, maar u heeft blijkbaar geen psychologie gehad in uw opleiding en u mist levenswijsheid. Ik heb geen behoefte aan een boodschapper die me vertelt dat ik doodga en als ik daar wel behoefte aan zou hebben dan vraag ik het wel.
Je begrijpt dat het gesprek niet meer te redden viel. Ik denk dat mijn bloeddruk boven de 200 lag. Daarna is er afgesproken dat ik met de chemo zou stoppen met de behandelingen, wel zou de bestraling nog doorgaan tegen de pijn en ben toen na drie weken, dat het einde van de kuur was, naar huis gegaan. De eerste week daarna heb ik het erg moeilijk gehad. Ik had heel veel pijn in mijn buik. Kon wel wat eten, maar altijd met tegenzin en moest ook vaak overgeven. Het Moermandieet dat ik dus was gestart ging er moeizaam in. Toch ben ik dat blijven gebruiken en ook de supplementen. Bij mijn huisarts heb ik valium gehaald, voor het geval het me teveel zou worden, maar gelukkig heb ik die nooit hoeven te gebruiken en weer terug kunnen brengen. En eigenlijk al een week na het stoppen met de bestraling werd ik op een donderdagochtend om zes uur wakker met een hongergevoel. Ik weet dat nog precies, want ik had me intussen een soort van dagboek aangeschaft waarin ik alles opschreef wat er met me gebeurde. Ik werd dus wakker en voelde trek in wat eten. Een onvoorstelbaar heerlijk gevoel. Ik ben naar beneden gegaan en heb me voor het eerst in weken een heerlijk ontbijt gemaakt. En diezelfde dag ben ik naar het zwembad gegaan en heb enkele baantjes gezwommen. Ik was een erg goede zwemster en voor mijn ziekte zwom ik 40 baantjes per week. Toen ik ziek werd kon ik er amper nog 1 volhouden. Maar deze dag zwom ik er weer een paar. Een geweldig gevoel.
En vanaf die dag ging het elke dag een stukje beter met me. Drie maanden later ging ik terug voor controle. Het was mooi weer ondanks dat het al november was (1991), en ook nu had ik me weer mooi aangekleed en het eerste wat de oncoloog (mijn oude vertrouwde uit het begin) zei: "wat ziet u er goed uit?" Dat deed me zo goed, gewoon een complimentje als opening. "Ik voel me ook goed dokter. Ik heb geen pijn, ik zwem al weer wat baantjes per week en volgens mij ben ik mijn kanker kwijt. Nou mevrouw ik bewonder uw optimisme en ik moet zeggen u ziet er erg goed uit, maar met zo'n status als van u zullen we toch realistisch moeten zijn. Genezing is eerlijk gezegd onmogelijk. Ik begrijp ook best dat hij zo zijn twijfels had en die had ik ook natuurlijk. Maar in de praktijk voelde ik me gewoon erg goed. Ik vertelde de arts van het Moermandieet en de supplementen. Hoe ik elke dag borden vol rauwkost en uitgeperste citroenen at. Het was niet aan hem besteed. Hij zei me niet in Moerman en aanverwante zaken te geloven, maar blij was dat ik daarin wel geloofde. "Maar zullen we nu maar eens de wetenschap op u loslaten en een bloedanalyse doen?". Ik twijfelde. Nu voelde ik me goed, maar als die bloedanalyse en een eventuele CT scan aan zou tonen dat het toch fout zat hoe zou ik me daaronder voelen? Maar mijn verpleegkundige achtergrond spoorde me aan het toch te doen en niet mijn hoofd in het zand te steken.
Tenslotte, stel dat er nog steeds een tumor zat, ik had er toch geen last van dus so what? De bloedanalyse wees uit dat mijn bloedwaarden uitstekend waren. Geen spoortje van kanker te zien. De oncoloog kon het niet geloven. U heeft het bloed van een bootwerker. Maar ik wil nu een CT scan, want ik denk dat er een fout is gemaakt met het onderzoek. Dit was de druppel en ik heb dan ook een CT scan geweigerd. Ik heb de oncoloog vriendelijk bedankt en ben naar huis gegaan. Een maand later werd ik door mijn huisarts opgeroepen. Hij had bericht gekregen van de bloeduitslag en vertelde me dat er misschien geen kanker had gezeten. Het is toch ongelooflijk. En ik had alle medische rapporten opgevraagd dus wist donders goed dat in alle rapportages inoperabele alvleesklierkanker stond vermeld. Een jaar later moest ik weer terug voor controle. Ik voelde me meer dan uitstekend en vrolijk en opgewekt stapte ik de spreekkamer binnen. Een week daarvoor had ik toch een CT scan laten maken (nu durfde ik het wel omdat ik voelde dat het gewoon goed zat met me) en ja hoor op de scan was ook niets meer te zien. er werd nog voorgesteld om een punctie door de buikwand te doen, maar dat heb ik geweigerd. geen polonaise aan mijn lijf voorlopig. Maar tijdens dat controlegesprek gebeurt iets wat me zo heeft geraakt. De controlerende oncoloog, weer een ander, half onderuitgezakt in zijn comfortable hangstoel, met de gegevens van de scan in zijn hand, bijna ermee wapperend als een filmdiva (wat een houding voor een arts, ik irriteerde me mateloos) zei: " de chirurg wilt u nu wel opereren." "Ik was perplex. Opereren? Maar alles is toch weg. Nou mevrouw als er niets meer op de scan is te zien wil dat nog niet zeggen dat alles weg is. Er zullen waarschijnlijk nog tientallen losse kankercellen rondzweven in uw lichaam en voor alle zekerheid en om een recidief te voorkomen zullen we u toch moeten opereren. U krijgt dan de Whipple operatie." Ik wist wat zo'n operatie inhield. Dat betekent dat ze een deel van de maag, de galblaas en een deel van de alvleesklier en de twaalfvingerige darm weghalen. Met stoma als gevolg en gehandicapt voor je hele verdere leven. Je begrijpt dat ik daar niet op ben ingegaan. Ik denk dat chirurgen graag zo'n operatie in hun 'boekje' willen hebben, waar ze later goede sier mee kunnen maken. In mijn werk (verpleegkundige) had ik daar ook wel eens over gehoord, maar nu ik daar zo zelf keihard mee werd geconfronteerd was dat toch wel schokkend.
Ik vraag me soms wel eens af wie als eerste in 'het boekje' is komen te staan. Ik in ieder geval niet. Vijf jaar later (1996) was er weer een controle. Er werd opnieuw niets gevonden. Ik voelde me ook goed. Zwom weer als vanouds. At nog steeds volgens het Moerman principe en voelde me gezond en levenslustig. De oncoloog die me toen controleerde presteerde het echter toch om de opmerking te maken dat hij niet geloofde in Moermantherapie en hij was er zelfs van overtuigd dat de kanker er nog steeds zat. "Nou vraag ik je, waar haalt zo'n vent het lef vandaan. Ik was zelfs even aangeslagen en liep verslagen de deur uit. Toen kwam hij me achteraan en bood zijn excuses aan. Wel erg laat, maar ik heb ze geaccepteerd." Ik ben inmiddels nu tien jaar verder en het gaat gewoon goed met mijn gezondheid.
Achteraf kan ik zeggen dat er in het hele behandelingsteam eigenlijk maar 1 medicus was die me door dik en dun is blijven steunen (los van Valstar dan natuurlijk) en dat was een vrouwelijke radiologe. Deze was de enige die me altijd zei, mevrouw gewoon doorgaan hoor het gaat goed met u en ik geloof er in dat wat u doet ook echt helpt. En ik durf wel te stellen dat het Moermandieet en de supplementen mij hebben genezen. En ik heb in die hele periode nooit een keer gezondigd. Nooit een snoepje, maar altijd heel gedisciplineerd me gehouden aan de voorschriften en de supplementen. Want ik denk dat het heel belangrijk is dat je die discipline opbrengt, hoe moeilijk het soms ook is oude gewoontes over boord te zetten.
Plaats een reactie ...
8 Reacties op "Mvr. X. geneest door de Moermantherapie van een inoperabele en ongeneeslijke alvleesklierkanker."
Gerelateerde artikelen
Mvg naima
Daardoor ben ik nu heel bewust natuurlijk gaan eten zonder vlees of zuivel en hoefde ik na 1e controle na 3 maanden terugkomen en nu zelfs om het half jaar.
Zelf je ziekte oppakken en door veel lezen en verdiepen in het natuurlijke circuit heb ik alle nare verhalen en overtuigingen naast mij neergelegd en denk ik niet meer aan kanker maar aan een energievol en gezond leven. Operaties zijn mooi en soms nodig maar chemo ontneemt alle kracht die je zo nodig hebt om de ziekte te overwinnen.
Waar kan hij terecht voor deze behandeling?
Kees Braam
webmaster
En als u specifieke vragen hebt voor uw vader stuur me een mailtje: redactie@kanker-actueel.nl dan kan ik u misschien helpen?
Mvgr. Kees Braam
webmaster