Diagnose technieken eierstokkanker: een MRI scan voorspelt nauwkeurig of gezwellen in het bekken goedaardig of invasief of kwaadaardig zijn en of het wel eierstokkanker is.

28 november 2010: Bron: Am J Obstet Gynecol.

MRI scans van bekkentumoren zijn nuttig bij het voorspellen van de vraag of de gezwellen kwaadaardig of goedaardig zijn, om zo de therapeutische aanpak te bepalen. Dat is de conclusie uit een overzichtstudie van 15 gerandomiseerde studies, uitgevoerd door Dr Maria I. Rosa, van de University of Extremo Sul Catarinense in Criciuma, Brazil, and colleagues.
"Een nieuwe MRI-techniek met dynamic diffusion-weighted imaging (DWI) is een handig hulpmiddel voor het karakteriseren van plaveisel ovariumtumoren en kan helpen onderscheid te maken tussen goedaardige, borderline, en invasieve tumoren," leggen de auteurs uit.

Om de nauwkeurigheid van een MRI bij de diagnose van eierstokkanker vast te stellen, analyseerden de onderzoekers gegevens van 15 studies van MRI-bevindingen van totaal 1267 ovariële gezwellen. In deze studie bleek 65,4% van de ovariële gezwellen goedaardig, 5,7% waren borderline tumoren, en 28,9% invasieve tumoren.

Het team ontdekte dat een positief MRI resultaat uit het verleden, de kans dat het een kwaadaardige tumor of een borderline was versus een goedaardige laesie 6.6% bedroeg.
Keek men op een andere manier, dan bleek bij de pretest dat de kans op kanker steeg van 32% in totaal tot 77% met een positief MRI resultaat en daalde tot 4,8% met een negatief resultaat.

"Uit deze systematische review is gebleken dat MRI (1,5 T) een gevoeligheid heeft van 92%, specificiteit van 85%, en een AUC van 0,95 voor de detectie van borderline of invasieve ovariumtumoren," verklaren de auteurs.

Het vermogen om via een MRI te voorspellen of een bekkentumor goedaardig of kwaadaardig is, is van grote waarde," zeggen Dr Rosa en haar collega's. "Goedaardige ovariële gezwellen kunnen worden gecontroleerd en behandeld met een meer conservatieve aanpak, hetzij met een nauwlettende observatie of met laparoscopische chirurgie,"
merken zij op. "Echter, wanneer de tumor kwaadaardig is, is er dringend behoefte aan laparotomie."

Am J Obstet Gynecol. Geplaatst online 08 november 2010.

Accuracy of magnetic resonance imaging in ovarian tumor: a systematic quantitative review

Lidia R. Medeiros MD, PhD, Luciana B. Freitas MSc^§, Daniela D. Rosa MD, PhD^,^†, Fábio R. Silva BS^§, Loraine S. Silva MD^§, Lisiane T. Birtencourt MD, PhD^§, Maria I. Edelweiss PhD^,^‡ and Maria I. Rosa MD, PhD^§

^† Hospital Fêmina and Hospital Moinhos deVento, Hospital de Clinicas de Porto Alegre, Porto Alegre

^‡ Pathology Unit, Hospital de Clinicas de Porto Alegre, Porto Alegre

Postgraduate Program in Medicine: Medical Sciences, Federal University of Rio Grande do Sul

^§ Laboratory of Epidemiology and National Institute for Translational Medicine, Postgraduate Program in Health Sciences, Health Sciences Unit, University of Extremo Sul Catarinense, Criciúma, SC, Brazil

Received 23 December 2009;

revised 5 June 2010;

accepted 17 August 2010.

Available online 3 November 2010.

Objective:

To estimate the diagnostic accuracy of magnetic resonance in ovarian tumors.

Study Design:

A quantitative systematic review was performed. Studies that compared magnetic resonance and paraffin sections within subjects for diagnosis of ovarian tumors were included.

Results:

Fifteen primary studies were analyzed, which included 1267 ovarian masses. For borderline or malignant ovarian cancer vs benign ovarian lesions, the pooled likelihood ratio for the occurrence of a positive magnetic resonance result was 6.6 (95% confidence interval, 4.7–9.2) and the posttest probability for borderline or malignant diagnosis was 77% (95% confidence interval, 70–82). Because specificity and likelihood ratio positive were heterogeneous, a random effect model was used and a summary receiver operating characteristic curve was generated. For borderline or malignant ovarian cancer vs benign ovarian lesions, the area under curve was 0.9526.