Het eerste recidief

Bijna drie jaar later eind december 2000 tijdens het helpen met een verhuizing van een vriend voelt Wim ineens rugpijn. Hij had een zware koelkast de trap opgedragen dus dacht dat hij zich vertild had. De pijn bleef echter en eind januari 2001 stuurt de huisarts Wim naar een kraker. De huisarts bevestigt nog maar eens dat het risico dat dit weer iets met zijn eerdere kanker te maken kon hebben heel erg klein was omdat Wim al bijna 3 jaar helemaal schoon was. Een kans van 1 op de 100.000 werd gezegd. Wim gaat naar een kraker en krijgt zes weken lang twee keer per week behandelingen. Maar de pijn blijft eigenlijk sluimerend aanwezig. Soms iets minder, maar soms komt die pijn in alle hevigheid opzetten en kan Wim bijna zijn bed niet uitkomen. Wim gebruikt steeds zwaardere pijnstillers. De kraker begrijpt het ook niet en zegt ook wel dat als zijn behandeling nog steeds niet aanslaat er toch iets anders aan de hand moet zijn. Er wordt een foto van Wim zijn rug gemaakt april 2001. Op die foto is niets te zien; later blijkt dat dit niet juist was. In Juni wordt op de MRI scan een tumor gezien in zijn ruggegraat ter hoogte van de 7e thoracale wervel ter grootte van een ei. De oncoloog vertelt Wim dat als er daar een uitzaaiïng zit er ook elders in het lichaam uitzaaiïngen moeten zijn, zeker omdat deze uitzaaiïng een uitzaaiïng op afstand is zoals dat wel wordt genoemd. Wat betekent dat op een andere plaats dan waar de primaire tumor is verwijderd er een nieuwe tumor groeit. Een tumor op die plaats is ook inoperabel volgens de artsen, maar de artsen zeggen Wim wel dat ze of met lokale bestraling of met chemo in principe nog voor genezing kunnen zorgen. De keuze wordt bij Wim gelegd en hij vraagt bedenktijd. Wim gaat direct op zoek naar informatie via internet en leest daar o.a. over de grote risico’s van bv. een dwarsleasie door de bestralingsschade en over de gevolgen van chemo. Kaal worden, erg ziek kunnen worden enz. Welke keuze Wim ook zal maken hij heeft echt het gevoel dat hij een erg zware tijd tegemoet zal gaan. Inmiddels ging het slechter en slechter met Wim. Hij kreeg juli 2001 regelmatig verlammingsverschijnselen vanuit onder zijn navel in zijn hele onderlichaam. Op een nacht heeft Wim zoveel pijn en val alle gevoel onder de navel uit. Per ambulance wordt Wim naar een streekziekenhuis gebracht voor een noodbestraling met hoge dosis. De tumor blijkt inmiddels zo groot als een tennisbal geworden. 3 keer bestralen met een hoge dosis binnen 24 uur zorgt wel voor verlichting van de pijn en al snel krijgt Wim weer gevoel terug in zijn onderlichaam.

Aansluitend op de noodbestraling wordt een behandelplan opgesteld van 24 bestralingen . En Wim accepteert dit plan. Na acht dagen bestralen komt een team van artsen aan zijn bed. “We stoppen met bestralen en beginnen met chemo”. Dit overvalt Wim en omdat hij zich toch redelijk goed voelt bij de bestralingen vraagt hij uitstel van die beslissing. De behandelend arts had informatie gevraagd bij een teelbalkanker specialist in het Erasmus Medisch Centrum Rotterdam. Deze had aangegeven te kiezen voor chemo, hoewel de kans op succes voor beide behandelingen gelijk zou zijn, zeg maar het zekere voor het onzekere. Wim kiest voor alleen bestralen omdat zijn angst voor chemo te groot is. Eind augustus 2001 is de laatste bestraling. De tumor lijkt weg te zijn en Wim heeft slechts last van tintelingen in de vingers en tenen. En er is lichte beschadiging opgetreden van het beschermlaagje rond de zenuwbanen in het gebied dat bestraald is. Wim heeft daar tot op vandaag soms last van maar is gemakkelijk mee te leven vertelt hij.

Plaats een reactie ...

Reageer op "Het eerste recidief"


Gerelateerde artikelen
 

Gerelateerde artikelen

Waarom deze pagina. >> De klachten en de diagnose >> Het eerste recidief >> Het tweede recidief >> Huidige situatie 28 februari >> Wim blijkt na groot halfjaarlijks >> Wim (zaadbalkanker) is na >> Teelbalkanker: Wim >>