Aan dit artikel is enkele uren gewerkt. Opzoeken, vertalen, plaatsen enz. Als u ons wilt ondersteunen dan kan dat via een al of niet anonieme donatie. Elk bedrag is welkom hoe klein ook. Klik hier als u ons wilt helpen kanker-actueel online te houden Wij zijn een ANBI organisatie en in principe is dus uw donatie aftrekbaar voor de belasting

!5 februari 2012: onderaan heb ik het abstract van onderstaande studie geplaatst. Als u hier klikt kunt u het volledige studie abstract gratis als PDF file  inzien. Als aanvulling op dit artikel zie ook onder melatonine en interleukine IL-2 in deze artikelenreeks 

Het effect van melatonine bij patiënten met solide tumoren in vergevorderd stadium (uitgezonderd niercarcinomen en melanomen), welke behandeld worden met interleukine 2. (ref. 2).
Van niertumoren (de Grawitz !) en het melanoom was al bekend, dat er een zekere respons bestaat op interleukine 2. Doet interleukine 2 nu ook iets bij andere solide tumoren en wat is het effect van melatonine hierop ?

Voorlopige gegevens wezen erop, dat melatonine het effect van interleukine zou kunnen verbeteren. Daarom startten Lissoni et al (2) een gerandomiseerd onderzoek bij patiënten met solide tumoren (melanoma en niercarcinomen uitgezonderd). Tachtig patiënten met solide tumoren (als voornoemd) in een vergevorderd stadium ,welke chemo hadden geweigerd of niet (meer) reageerden op chemo, geen hersenmetastasen hadden, geen steroïden gebruikten en geen dubbeltumoren hadden, werden gerandomiseerd. In de melatonine (plus interleukine)-groep kwamen 41 patiënten terecht ; in de controle(interleukine-)groep kwamen 39 patiënten terecht. Een week voor de interleukinebehandeling kreeg de melatoninegroep al dagelijks melatonine (‘s avonds 40 mg). Bij ziekteprogressie of toxiciteit werd de interleukine gestopt. De diverse parameters werden met de chi-kwadraattest, de Student-t-test , de log-rank-toets en een aangepaste Newman-Keulstest statistisch getoetst.

In de melatoninegroep werden 3 complete responsen gezien (bij een maagkankerpatiënt met levermetastasen ; bij een alvleesklierkankerpatiënt en bij een leverkankerpatiënt) ; in de controlegroep werd niet een complete respons gezien. In de melatoninegroep werden bovendien 8 partieële responsen (alles volgens WHO-criteria) gezien. In de controlegroep werd slechts 1 partieële respons gezien. De kans op een respons was in de melatoninegroep derhalve significant groter. Volgens de auteurs is P eenzijdig < 0,005. Met een chi-kwadraattoets vind ik hetzelfde.

De overleving zonder progressie was in de melatoninegroep 9 plus of min 1 maand (d.i. de standaardfout) en in de controlegroep 4 plus of min 1 maand. Bij een normale verdeling zou dit verschil zondermeer significant zeer significant zijn. De auteurs geven op (eenzijdig bepaald) P<0,05. Bij gebrek aan raw data kan ik dit helaas niet narekenen.
Na 1 jaar waren er in de melatoninegroep nog 19 en in de controlegroep nog 6 in leven ; de auteurs vinden middels een log-rank-toets eenzijdig P<0,05. Met een chi-kwadraattoets vind ik evenwel P < 0,005. Toets ik de overlevingcurve door ratio’s van de twee curve’s te nemen en vervolgens de rangcorrelatietoets volgens Kendall toe te passen, dan vind ik eenzijdig (voor de trend) P <0,005. Ik denk dat er bij de auteurs met betrekking tot voornoemde log-rank-toets van een drukfout sprake is.

In overeenstemming met het voorgaande is de significant betere stijging van lymfocyten en eosinophielen in het bloed bij patiënten uit de melatoninegroep. In de controlegroep was onder invloed van de behandeling het neopterinegehalte juist significant hoger dan in de melatoninegroep. Door een gebrek aan raw data kan ik deze laatste gegevens niet statistisch controleren. Conclusie :de meest relevante parameters zijn zeer significant verschillend ten faveure van melatonine.

  Literatuurlijst
1)Lissoni P et al ; Cancer 73 : 699-701 ; 1994.
2)Lissoni P et al ; Br J Cancer 69 : 196-199 ; 1994.
3)Lissoni P et al ; Oncology Reports 2 : 871-873 ; 1995.
4)Wijvekate ML ; Verklarende Statistiek ; het Spectrum ; Utrecht ; 1972.

The administration of IL-2 and the pineal hormone MLT may induce control of neolplastic growth and a prolonged survival time in patients with metastatic solid tumors, for whom no other conventional anticancer therapy is available

Anticancer Res. 2008 Mar-Apr;28(2B):1377-81.

Neuroimmunomodulation in medical oncology: application of psychoneuroimmunology with subcutaneous low-dose IL-2 and the pineal hormone melatonin in patients with untreatable metastatic solid tumors.

Source

Division of Radiation Oncology, S. Gerardo Hospital, Monza, Italy. p.lissoni@hsgerardo.org

Abstract

BACKGROUND:

Anticancer immunity is under psychoneuroendocrine regulation, mainly via the pineal gland and brain opioid system, which may stimulate and inhibit antitumor immunity respectively. Cancer-related immuno-suppression does not depend only on functional damage of immune cells, but also on alterations of systems responsible for the neuroimmunomodulation, the most frequent of wich is a decline in blood levels of the pineal hormone melatonin (MLT).

PATIENTS AND METHODS:

A study was performed to evaluate the influence of an exogenous administration of MLT alone or MLT plus subcutaneous (SC) low-dose interleukin-2 on tumor progression and survival time in patients with untreatable metastatic solid tumors. The study included 846 patients with metastatic solid tumor (non-small cell lung cancer or gastrointestinal tract tumors) randomized to receive the best supportive care only, supportive care plus MLT (20 mg/day, orally in the evening), or MLT plus SC low-dose IL-2 (3 MIU/day for 5 days/week, for 4 consecutive weeks).

RESULTS:

The MLT alone was able to induce a significant increase of disease stabilization and survival time with respect to supportive care alone. The association of lL-2 with MLT provided a further improvement in the percentage of tumor regressions and of 3-year survival with respect to MLT alone.

CONCLUSION:

The administration of IL-2 and the pineal hormone MLT may induce control of neolplastic growth and a prolonged survival time in patients with metastatic solid tumors, for whom no other conventional anticancer therapy is available.

PMID:
18505083
[PubMed - indexed for MEDLINE]

Plaats een reactie ...

Reageer op "Algemeen: Melatonine bij patiënten met solide tumoren in vergevorderd stadium uitgezonderd melanomen en niercarcinomen welke behandeld worden met interleukine-2."


Gerelateerde artikelen