Marjan liet in 1996 een uitstrijkje doen, puur uit voorzorg en controle en gelukkig bleek de uitslag goed te zijn. Ze leek gezond. Najaar 1998 merkt Marjan, toen 49 jaar, dat ze wat bloed verloor bij het vrijen. Naast wat buikpijn en gisting in de darmen voelde ze niet zoveel en maakte zich in het begin ook niet veel zorgen, maar toen ze bij haar nieuwe huisarts (antroposofische huisarts) kwam kennismaken, haar oude huisarts was net overleden, bracht ze dit toch ter sprake. De nieuwe huisarts onderzocht haar want bloedverlies bij het vrijen is geen normale zaak en samen besloten ze het uitstrijkje te herhalen. Twee dagen later viel de uitslag als een bom. PAP 5 zou duiden op baarmoederkanker. Uitgebreid verder onderzoek volgde in het streekziekenhuis en tot grote schrik van Marjan werd er een diagnose gesteld van primair eierstokkanker met uitzaaiingen in de lymfe en buikwand en beginnende baarmoederkanker. En de kanker leek al zover gevorderd dat verder onderzoek moest plaatsvinden in het Anthony van Leeuwenhoek. Daar werd een CA 125 (tumormarker die veel gebruikt wordt bij vaststellen van eierstokkanker) gemeten van boven de 160. De kanker was al zover gevorderd dat bestraling niet meer in aanmerking kwam. Tumoren waren 10 tot 13 cm in doorsnee. Een second opinion in de VU bij professor Pinedo bevestigde dat een behandeling van 3x chemo vooraf, daarna operatie en daarna nog drie keer chemo moest volgen. Maar dit zou geen definitieve genezing betekenen, maar uitstel volgens Prof. Pinedo.

Marjan was wel uit het lood geslagen, maar nam toch snel het initiatief om zelf keuzes te kunnen maken en als eigenaresse van een reformwinkel was ze redelijk goed op de hoogte van aanvullende en alternatieve aanpak bij kanker. Ze consulteerde een orthomoleculaire arts (dokter Moolenburg) en begon tegelijkertijd met de reguliere aanpak ook aan het Houtsmullerdieet met aanvullend bepaalde voedingsuppletie, nam ook pancreasenzymen ( zie dr. Gonzalez op pagina andere alternatieven en kankersoorten-alvleesklierkanker) en gebruikte bv. ook regelmatig koffieklisma's zoals Dr. Gerson (zie andere alternatieven) die voorschrijft. Daarnaast ging ze veel naar buiten, veel wandelen om te ontspannen. Verder begon Marjan op advies van dokter Moolenburg met therapeutisch schilderen, waar ze enorm veel plezier en inspiratie uitput zoals Marjan mij vertelt. 

Professor Pinedo (VU) verzocht haar geen suppletie te gebruiken tijdens de chemokuren want volgens hem zou dat niet goed zijn. Marjan heeft tijdens de kuren dan ook de suppletie niet gebruikt, wel in de dagen tussen de kuren en daarna. Pikant detail dokter Ten Bokkel Huinink (A.v.L. = Anthonie van Leeuwenhoekziekenhuis) was gepikeerd dat Marjan een second opinion deed in de VU terwijl hij nog niet het behandelplan klaar had, maar Marjan wilde snel handelen en kon al snel in beide ziekenhuizen terecht. Marjan vond het overigens niet prettig hoe deze arts op haar reageerde. (noot redactie: hebben we al vaker gehoord over deze arts. We hebben bv. ook een briefwisseling tussen een patiënte en hem in ons bezit die dit bevestigd. Normaal gesproken noem ik geen namen, maar deze arts is zo een fervent voorstander van chemo en probeert mensen die aanvullend/alternatief iets willen proberen continue te ontmoedigen op een blijkbaar bijzonder onplezierige wijze. Daarnaast is deze arts nauw verbonden aan de Vereniging Tegen Kwakzalverij - treedt ook regelmatig op namens deze Vereniging in de media - en dat mag ook wel eens bekend worden gemaakt). Overigens werd in beide ziekenhuizen bijna een zelfde aanpak voorgesteld. Het enige verschil was dat het AvL carboplatin in combinatie met taxol voorstelde en de VU cisplatin in combinatie met taxol. 

Marjan was zo ziek van de eerste chemokuur en de CA125 liep alleen maar verder op naar 340 dat al na de eerste kuur werd besloten dan toch maar direct te opereren en de chemo achteraf te geven. 18 december 1998 werd Marjan geopereerd. Er werd zoveel mogelijk weggehaald. Daarna volgden tot juni 1999 chemokuren via infuus van enkele dagen achtereen in het ziekenhuis met een interval (rustperiode van drie weken) van rust om te herstellen. Marjan gebruikte op advies van Pinedo geen suppletie tijdens de dagen waarop ze de chemo kreeg toegediend maar wel in de tussenliggende periodes. Marjan gebruikte voedingssuppletie, klisma's, pancreasenzymen, het Houtsmullerdieet met extra veel citroensap enz. dus in de rustperiodes tussen de chemokuren in en onderzoek en een scan juli 1999 wees uit dat de kanker verdwenen was. Toch wel verrassend voor de oncologen, maar Marjan werd verteld dat ze zeer beslist een recidief zou krijgen. Marjan vraagt zich wel af of dit soort eerlijkheid nou zo bemoedigend is. Het zou ook wat tactischer verteld kunnen worden, zo van: mevrouw fantastisch dat het weg is en we gaan u de komende tijd goed controleren, want een recidief kan altijd de kop opsteken, is helaas een groot risico bij eierstokkanker, maar hopelijk zijn we er dan snel bij. Maar nee 'eerlijk' werd gezegd, mevrouw u zult het terugkrijgen en u zult nooit meer beter worden. Helaas kregen de oncologen gelijk.

 

 

Plaats een reactie ...

Reageer op "Klachten, diagnose en eerste behandelingen"


Gerelateerde artikelen
 

Gerelateerde artikelen

Waarom deze pagina? >> Klachten, diagnose >> Het recidief, d.d. >> Resultaten van natuurlijke >> 17 januari 2004: Marjan - >> Marjan - recidief van eierstokkanker >> Voedingsupplementenlijstje >> Eierstokkanker: Ervaringsverhaal >>