Als u ons wilt ondersteunen dan kan dat via een al of niet anonieme donatie. Elk bedrag is welkom hoe klein ook. Klik hier als u ons wilt helpen kanker-actueel online te houden Wij zijn een ANBI organisatie en dus is uw donatie aftrekbaar voor de belasting

30 december 2011: al in 2006 maakte arts-bioloog drs. E. Valstar een analyse over de effecten van voeding en voedingstoffen bij kanker. En er zijn inmiddels nieuwe bewijzen gekomen, maar onderstaande analyse is nog steeds relevant.

Rapport van het KWF over voeding en kanker ; een analyse (1)

Inleiding

Begin april 2004 zag een rapport van het KWF over voeding en kanker, getiteld 'De rol van voeding bij het ontstaan van kanker' , het daglicht.
In 2001 was er door de Signaleringscommissie Kanker (SCK) van KWF Kankerbestrijding een werkgroep 'Voeding en kanker' ingesteld. Hierin zaten/zitten prof dr ir FE van Leeuwen, epidemioloog en werkzaam bij het NKI ; dr JC Alers , senior beleidsmedewerker en secretaris van KWF Kankerbestrijding ; dr ir RA Bausch-Goldbohm, epidemioloog en als zodanig bij TNO Voeding Zeist werkzaam ;prof dr ir PA van den Brandt , epidemioloog en als zodanig werkzaam aan de Universiteit van Maastricht ; dr PHM Peeters, als arts-epidemioloog verbonden aan het UMC Utrecht en prof dr ir P van 't Veer, als epidemioloog werkzaam aan de Landbouwuniversiteit Wageningen. Op verzoek van het KWF schreef nu Bausch met dr ir LE Voorrips van TNO een rapport over voeding en kanker ; de overige leden van de werkgroep fungeerden als leescommissie. In maart 2002 kwam er zo een rapport tot stand.De werkgroep en de SCK waren evenwel van mening dat er op een aantal punten een uitbreiding c.q. actualisering nodig was. Ook was er een vertaalslag naar een breder publiek nodig. Dit heeft uiteindelijk in dit rapport van april 2004 geresulteerd ; hierbij fungeerden de andere leden van de werkgroep buiten Bausch weer als leescommissie

Het rapport

We beginnen bij de Inleiding.
Allereerst wordt opgemerkt dat juist de migratiestudies bij Japanners hebben laten zien dat voeding bij het ontstaan van kanker een belanrijke rol speelt. Op blz 28 in de Inleiding lezen we verder de volgende opvallende passage : "Dit rapport behandelt niet de rol van voeding, dieet en voedingstherapie bij patienten die kanker hebben. De factoren die een rol spelen bij het ontstaan van kanker, kunnen namelijk heel andere zijn dan de factoren die van belang zijn voor kankerpatienten" ; dit is een verstandige indekking, die ook niet uitsluit dat voor een deel wel vergelijkbare factoren zowel bij preventie als bij behandeling belangrijk zijn.
Na een algemene uitleg over hoe kanker op hoofdlijnen ontstaat , wat voor soorten onderzoek er naar het ontstaan van kanker mogelijk zijn (zie ook mijn boek,1) en wat relatieve risico's zijn, wordt het belang van consistentie uitgelegd. Een relatief risico van slechts 2 is als het in slechts een onderzoek wordt gevonden vaak van weinig betekenis. Past de bevinding bij bekende modellen, is er een dosis-effect relatie en wordt de bevinding in de meeste studies gevonden dan wordt de bevinding steeds harder. Adders onder het gras, zeker bij voorlopig onderzoek blijven echter mogelijk. Vervolgens geeft men aan wat meta-analyses en gepoolde analyses zijn ; citaat : In een meta-analyse worden de resultaten van zoveel mogelijk onderzoek naar een bepaald verband systematisch beoordeeld, naast elkaar gezet en gezamenlijk herberekend. Een goede meta-analyse geeft de beste samenvatting van de stand van de wetenschap op een bepaald moment. In een gepoolde analyse worden de originele gegevens van een aantal studies opnieuw, maar dan gezamenlijk geanalyseerd. Een gepoolde analyse geeft meestal een nog betere samenvatting van een bepaald verband ; einde citaat.
Aan het eind van de inleiding wordt aangekondigd dat men na het analyseren van de nodige parameters met aanbevelingen komt in een ruimer kader dan alleen voor kanker. Literatuur gepubliceerd tot en met 2002 zegt men systematisch bestudeerd te hebben. Voor de periode daarna heeft men alleen de belangrijkste publicaties opgenomen (alsof selectie zeker mbt de meest recente publikaties wetenschappelijk is !!).

Nu gaan we naar hoofdstuk 2 : Groente en fruit

Groenten en fruit in relatie tot maagkanker

Twee onderzoeken voornamelijk gebaseerd op case-control-studies worden genoemd ; deze laten zien meer groenten en fruit : minder maagkanker. Van de veel betere cohortstudies : negen laten er 6 eveneens een beschermend effect van groenten en fruit tav maagkanker zien. Volgens Bausch en Voorrips is in deze studie ten dele onvoldoende rekening gehouden met andere oorzaken van maagkanker dan weinig groenten/fruit.

Opmerkelijk is dat de auteurs verder alleen dieper ingaan op een eigen cohortstudie (1 van de 3 die geen bescherming vindt) en een gepoolde analyse achterwege laten (waarom?). Doordat mensen die al last van hun maag hebben minder groenten en fruit eten (een zogenaamd prediagnostisch effect) was er na korte follow-up in deze cohortstudie wel maar bij langere follow-up geen beschermend effect van groenten en fruit, althans volgens Bausch en Voorrips.
De auteurs noemen Helicobacter pylori als zijnde een belangrijke risicofactor voor maagkanker ; zij stellen daarbij dat nog niet bekend is hoe de interactie van groenten en fruit met deze risicofactor ligt. De conclusie van de auteurs is dat er meer cohortstudies nodig zijn, waarin met prediagnostische effecten rekening is gehouden. Zij stellen dat derhalve pas later definitieve conclusies getrokken kunnen worden.

Mijn commentaar is dat men zoals eerder gezegd de eigen cohort-studie extra belicht en geen poging tot een gepoolde analyse onderneemt om eerst dan op statistische gronden te kijken of groenten en fruit minder tegen maagkanker beschermen dan eerder gevonden. Meer verwijtbaar vind ik het feit dat men met zoveel woorden stelt dat de interrelatie groenten/fruit en Helicobacter pylori totaal onduidelijk is.

In dierexperimenteel onderzoek blijkt sulforafaan uit broccoli bij proefdieren de groei van Helicobacter tegen te gaan en hierdoor en/of door inductie van fase-2-enzymen voor ontgifting het ontstaan van maagkanker bij althans proefdieren tegen te gaan (2).Haristoy et al (3) vonden dat sulforafaan bij 11 muizen met een maagtransplantaat van humane origine, besmet met Helicobacter pylori, in 8 gevallen in staat was de Helicobacter uit te roeien. Kortom hier lijken we een link met voeding te hebben.

Ook vitamine C is interessant. In een gerandomiseerd onderzoek bleek 500 mg vitamine C progressie van maagslijmvliesatrofie samenhangend met Helicobacter pylori over een periode van 5 jaar significant te remmen (4). Jarosz M et al (5) vonden in een gerandomiseerd dubbelblind onderzoek dat je met 5 gram C bij 30% van de Helicobacter pylori-patienten deze bacterie kon uitroeien. Zullo et al (6) vonden in een ander gerandomiseerd onderzoek dat dagelijks 500 mg vitamine C na uitroeiing van de Helicobacter pylori metaplasien in de maagwand doet afnemen en/of het ontstaan ervan afremt. Correa et al (7) vonden dat vitamine C en beta-caroteen samen in staat waren precancereuze afwijkingen van het maagslijmvlies voorkomende naast een Helicobacter pylori-infectie, terug te dringen. Kockar et al (8) vonden dat 14 dagen lang 120 mg beta-caroteen of 1000 mg vitamine C niet in staat waren om Helicobacter pylori uit te roeien ; met 4200 mcg allicine was dit wel mogelijk. Mijn overall-conclusie is dat je met dagelijks 500 mg vitamine C het ontstaan van precancereuze maagslijmvliesafwijkingen tegengaat, maar dat je om Helicobacter pylori met vitamine C uit te roeien beduidend meer vitamine C moet geven (klaarblijkelijk 5 gram per dag).

We kunnen derhalve stellen dat knoflook, extra C als bijvoorbeeld 2 kiwi's per dag en veel vooral rauwe broccoli wel eens kunnen helpen om het maagkankerrisico te verlagen ; in ieder geval maken al deze trials een beschermende werking van groenten en fruit tav maagkanker alleen maar waarschijnlijker. Bausch en Voorrips hebben duidelijk wat gemist!

Groenten en fruit in relatie tot kanker van de mond, de keelholte en het strottehoofd

Gewezen wordt op een grote Japanse cohortstudie uit 1985 waarin een beschermende werking van groenten en fruit is gevonden, helaas verwijst men slechts naar een symposium. Verder noemt men een kleine cohortstudie onder 8000 Japanse Amerikanen uit 1995, waarin met veel groente en fruit dit soort kankers 35% minder voorkwam, al was het verschil in deze laatste studie niet significant. Men zegt nu dat uit deze cohortstudies geen eenduidige conclusies te trekken zijn. Nogal vaag men kan immers een meta-analyse of een gepoolde analyse maken! Bovendien omvatten cohort-studies vaak 300000 mensen of meer. Indien de eerste studie echt groot is zoals men zegt dan weegt deze veel zwaarder.
De case-control-studies lieten en laten een beschermend effect van groenten fruit zien volgens Bausch en Voorrips. Zij wijzen er wel op dat er in case-control-studies kans op vertekening bestaat, maar ja dat is uiteraard niets nieuws.
Mijn conclusie is dat het beschermend effect van groenten en fruit tav dit soort tumoren niet minder duidelijk is dan het was.
Groenten en fruit in relatie tot slokdarmkanker

Slokdarmkanker is er in 2 vormen : het plaveiselceltype en het adenocarcinoom. De laatste neemt volgens Bausch en Voorrips momenteel fors toe. In de eerder genoemde Japanse cohort-studie werd gevonden dat groene en gele groenten de kans op slokdarmkanker verlagen, los van wel of niet roken en wel of niet alcohol drinken. Twee latere cohortstudies bevestigden dit voor groenten in het algemeen. Eerder en later verricht patient-controle-onderzoek (onderzoek achteraf) vond vrijwel zonder uitzondering een beschermend effect van groenten en fruit in relatie tot slokdarmkanker. Twee recente patient-controle-onderzoeken keken separaat naar het adenotype en plaveiselcel type slokdarmkanker en vonden beide tav beide typen een beschermend effect van groenten en fruit. De 2 auteurs van het KWF-boekwerk vinden dat nog meer cohortstudies nodig zijn om preciezer de relatieve risico's te kunnen meten. Kun je uiteraard altijd vinden. Duidelijk is dat het verband tussen voeding en slokdarmkanker nu eerder duidelijker is en er zeker geen onderzoek is dat laat zien dat groenten/fruit minder beschermen dan eerst werd gedacht.

Groenten en fruit in relatie tot darmkanker

Inderdaad blijkt dat de recentere en grotere cohort-studies veelal geen duidelijk beschermend effect van groenten en fruit tav darmkanker laten zien. Een feit is evenwel dat calcium, zoals ik in mijn boek (9) beschrijf in interventiestudies overwegend laat zien dat hierdoor de kans op colorectale adenomen afneemt. In hoofdstuk 6 van Bausch en Voorrips wordt middels een gepoolde analyse uit 2004 van 10 cohortstudies de preventieve werking van calcium ook op langere termijn gevonden : het risico op darmkanker is lager bij een hogere calciuminname. Eerst was er bij epidemiologen nog twijfel ; nu niet meer. Waarom haalde dit ook niet het nieuws?

Groenten en fruit in relatie tot longkanker

Een gepoolde analyse van acht cohort-studies laat zien dat fruit voor de bescherming tegen longkanker belangrijker is dan groenten. Ook bleek dat bij rokers juist de laagste consumptiegroep wat fruit betreft een verhoogd risico op longkanker had. Het beschermende effect van fruit was volgens Bausch en Voorrips niet wezenlijk verschillend met betrekking tot het type longkanker en ook niet voor rokers of niet-rokers (ook bij niet-rokers is er bij een reeds veel lager risico sprake van een belangrijke relatieve bescherming). Wel is het beschermende effect van fruit/groenten tegen longkanker door roken in het verleden iets overschat doordat rokers minder groenten en fruit eten gemiddeld dan niet rokers : bij het ontstaan van longkanker bij rokers is roken iets belangrijker en het eten van weinig fruit/groenten iets minder belangrijk dan voorheen gedacht.
Stoppen met roken blijft derhalve nummer 1 en veel fruit/groenten nummer 2. Duidelijk is dat met betrekking tot het ontstaan van longkanker de preventieve rol van fruit/groenten uiterst relevant blijft.

Groenten en fruit in relatie tot borstkanker

Bausch en Voorrips geven aan dat groenten en fruit de kans op borstkanker niet of nauwelijks verlagen ; iets wat overigens al in 2000 en feitelijk al veel eerder duidelijk was. Bausch en Voorrips geven aan dat een gepoolde analyse van 8 cohortstudies dit bevestigt. Er is mbt groenten- en fruit in relatie tot borstkanker evenwel niets nieuws onder de zon ; reeds een cohortstudie uit 1992 (10) vond geen verband tussen de groenten-/fruitconsumptie en de kans op borstkanker.

Tomaten(saus)/groenten en fruit in relatie tot prostaatkanker

Lycopeen (erg veel in tomaten) lijkt te beschermen tegen prostaatkanker. De beschikbaarheid van lycopeen is zoals Bausch en Voorrips aangeven het best in de vorm van tomatensaus. In 4 van de 6 cohortstudies wordt een beschermende werking van tomatensaus gevonden of liever gezegd exclusief in de 4 Amerikaanse. Voorrips en Bausch denken dat dit mogelijk komt doordat in Amerika grotere hoeveelheden tomatensaus worden genuttigd. Met de conclusie van de dames dat de beschermende werking van tomatensaus tegen prostaatkanker desondanks niet zo duidelijk is is om verschillende redenen te simpel/expliciet onjuist. In de eerste plaats wordt door de speciaal ook door Bausch en Voorrips genoemde Giovannucci (11) zowel in de grootste studie waarbij naar de inname van tomatensaus is gekeken als in de grootste studie waarbij naar lycopeenplasmagehaltes is gekeken een beschermend effect van lycopeen gevonden. In de tweede plaats wijst een beschermend effect bij juist grotere hoeveelheden tomatensaus op een dosis-effect-relatie, wat de beschermende werking van lycopeen nog waarschijnlijker maakt. Tot slot blijkt lycopeen in een enkelblind gerandomiseerd onderzoek de groei van beginnende prostaatkanker te remmen (12) en blijkt lycopeen in gerandomiseerd onderzoek bij gevorderde prostaatkanker een significant betere respons op hormonale therapie te geven (13). Kortom tomatensaus/lycopeensuppletie is oudere mannen (veel subklinische prostaatkanker!!) sowieso aan te bevelen.
Bausch en Voorrips geven verder aan dat groenten en fruit iha (dus los van tomatensaus) in het verleden in enkele cohortstudies tegenstrijdige resultaten gaven ; recentere cohortstudies kunnen in het geheel geen preventieve werking van groenten en fruit vinden. Tegenover meer eenduidig niet minder prostaatkanker door groenten/fruit staat wel meer eenduidig minder prostaatkanker door tomatensaus.

Groenten en fruit in relatie tot andere vormen van kanker

De dames Bausch en Voorrips laten zien dat groenten en fruit mits er voldoende voor roken gecorrigeerd is geen bescherming tegen alvleesklierkanker laten zien.
Ook lijkt er een beschermende werking van groenten en fruit tav blaaskanker onwaarschijnlijk. Men vergeet echter dat selenium blijkens recent onderzoek (nota bene aan meegewerkt door Bausch) wel duidelijk de kans op blaaskanker verlaagt (14) ; zie ook 15 : selenium vermindert in gerandomiseerd dubbelblind onderzoek als preventief middel bij rokers de sterfte aan prostaatkanker. Helaas wijdt men aan selenium geen hoofdstuk ; waarom niet?
Groenten en fruit bleken verder in 3 cohortstudies het in Nederland weinig voorkomende primaire levercarcinoom te kunnen voorkomen ; ook de meeste patient-controle-onderzoeken vonden dit. Tav eierstok, baarmoeder-, schildklier-, en nierkanker wijst nog beperkt onderzoek volgens Bausch en Voorrips op een preventieve werking van groenten/fruit.

Conclusie onderzoekers en mijn commentaar daarop

De conclusie van Bausch en Voorrips is dat groenten en fruit de kans op een aantal vormen van kanker verlagen, maar minder dan eerst werd gedacht. Zo geldt dat expliciet voor long-, maag- en darmkanker, maar niet ten principale voor de andere kankersoorten.
Mijn commentaar hierop is : bij maagkanker is nu juist gevonden dat hoge doses vitamine C gunstig zijn om o.a. Helicobacter pylori uit te roeien ; de onderzoekers denken ten onrechte dat de interrelatie tussen voeding en Helicobacter pylori nog zeer onduidelijk is. Bij darmkanker is weliswaar nu de relevantie van groenten en fruit veel minder/discutabel ; calcium blijkt nu evenwel echt belangrijk,maar dat werd de pers niet duidelijk verteld dan wel kwam er in de media niet uit. Verder geldt dat voor mond-,keel-,strottehoofd- en slokdarmkanker de preventieve werking van groenten/fruit even ondubbelzinnig bleef. Voor borstkanker was en is er geen duidelijk omgekeerd verband met groenten/fruit en voor prostaatkanker is er nu weliswaar duidelijker dan voorheen geen preventieve werking voor groenten en fruit in het algemeen weggelegd, maar wel een heel duidelijke voor tomatensaus. Voor overige vormen van kanker was en blijft de interrelatie met groenten en fruit onduidelijk. Jammer is dat de meer duidelijke rol van selenium hier wordt verzwegen en in ieder geval niet in de vorm van een apart hoofdstuk aan bod komt.
Mijn conclusie is dat de relatie groenten/fruit en kanker veel duidelijker is geworden : naast een minder relevante rol voor groenten en fruit voor de preventie van een 3-tal typen kanker staat een meer prominente voor vitamine C voor de preventie van maagkanker en een zeer prominente voor tomatensaus om prostaatkanker te voorkomen.

Referenties

1)Valstar E, Voedingsinterventie bij kanker ; ISBN 90-5860-192-7 ; blz.11-13.
2)Fahey JW et al ; Proc Acad Sci USA 99 : 7610-5 ; 2002.
3)Haristoy X et al ; Antimicrob Agents Chemother 47 :3982-4 ; 2003.
4)Sasazuki S et al ; Cancer Sci 94 :378-82 ; 2003.
5)Jarosz M et al ; Eur J Cancer Prev 7 : 449-54 ; 1998.
6)Zullo A et al ; Aliment Pharmacol Ther 14 : 1303-9 ; 2000.
7)Correa P et al; JNCI 92 :1881-8 ; 2000.
8)Kockar C et al ; Acta Medica 44 : 97-100 ; 2001.
9)Valstar E ; Voedingsinterventie bij kanker ; ISBN 90-5860-192-7 ; blz. 32-4.
10)Shibata A et al ; Br J Cancer 66 : 673-9 ; 1992.
11)Giovannucci E ; Exp Biol Med 227 : 852-9 ; 2002.
12)Kucuk O et al ; Cancer Epidemiol Biomarkers Prev 10 : 861-8 ; 2001.
13)Ansari MS en Gupta NP ; BJU Int 92 : 375-8 ; 2003.
14)Zeegers MPA ; Thesis aan de Universiteit van Maastricht dd 22 juni 2001 ; ISBN 90-9014776-4
15)Clark JC ; JAMA 276 : 1957-63 ; 1996.


Plaats een reactie ...

Reageer op "Arts-bioloog drs. E. Valstar analyseert rapport van KWF over relatie voeding en kanker. Deel 1: De rol van fruit en groente bij kanker."


Gerelateerde artikelen
 

Gerelateerde artikelen

Arts-bioloog drs. E. Valstar >> Arts-bioloog drs. E. Valstar >> Arts-bioloog drs. E. Valstar >> Antioxidanten, voeding en >>