10 oktober 2020: JAMA september 2020
Uit de resultaten van een zogeheten retrospectieve studie bij totaal 3112 patiënten met hersenuitzaaiingen blijkt dat wanneer bij deze patiënten de primaire tumor eerst volledig is weggehaald en daarna immuuntherapie wordt gecombineerd met radiotherapie / bestraling de overall overleving beduidend beter is in vergelijking met geen immuuntherapie. De combinatie van immuuntherapie met alleen chemotherapie na complete operatie van de primaire tumor liet echter geen betere overall overleving zien. De studie is uitgevoerd door wetenschappers met hulp van de National Cancer Database.
Het studierapport is een groot retrospectief overzicht van 3112 patiënten met hersenuitzaaiingen (BM) van verschillende primaire tumortypen (waaronder niet-kleincellige longkanker , melanoom, darmkanker en nierkanker) waarvan een klein gedeelte is behandeld met immuuntherapie met anti-PD medicijnen (ICI) en operatieve verwijdering van de primaire tumor. De onderzoeksperiode liep van 2010 tot 2016, en de studie tracht primair het effect op de algehele overleving (OS) te identificeren wanneer er zoveel mogelijk tumorweefsel wordt weggehaald en pas daarna immuuntherapie wordt toegepast.
De belangrijkste overweging om deze analyse uit te voeren, gebaseerd op het al dan niet uitvoeren van resectie van de primaire tumor, was de eigen ervaring in hun ziekenhuis bij meer dan 75.000 patiënten met verbeterde overleving bij patiënten die een dergelijke resectie van de primaire tumor hadden ondergaan (Mediane overall overleving verschilde enorm: 20 maanden versus 9 maanden).
De veronderstelde gedachte voor dit overlevingsverschil is dat het verwijderen van de primaire tumor de tumorbelasting aanzienlijk zal verminderen, en dat immuuntherapie beter kan werken in een lichaam waar het grootste deel van de tumormassa zoveel mogelijk is verminderd.
(redactie: Zonder arrogant te zijn maar ik roep dat al jaren. Immuuntherapie werkt gewoon het beste met zo weinig mogelijk tumorload).
De 3112 patiënten werden gegroepeerd in een van de vier behandelingscategorieën:
- groep 1) elke vorm van behandeling plus wel of geen immuuntherapie met anti-PD medicijnen ( ICI);
- groep 2) chemotherapie plus wel of geen immuuntherapie met anti-PD medicijnen ( ICI);
- groep 3) radiotherapie (RT) plus wel of geen immuuntherapie met anti-PD medicijnen ( ICI);
- groep 4) chemoradiotherapie combinatie (RT) plus wel of geen immuuntherapie met anti-PD medicijnen ( ICI);
Om de effectiviteit van de immuuntherapie te evalueren, werd een Cox proportional hazards regressieanalyse gebruikt, waarbij werd gecorrigeerd voor leeftijd bij diagnose, ras, geslacht, woonplaats, inkomen, opleiding, type behandelingsinstelling, type primaire tumor en jaar van diagnose.
Slechts een kleine minderheid van de 3112 patiënten kreeg immuuntherapie (ICI) te weten 183 patiënten [5,88%]); Hiervan kregen 22 patiënten (6,47% van de hele studiegroep) chemotherapie plus immuuntherapie met anti-PD medicijnen (ICI), 72 patiënten (8,37%) kregen radiotherapie - bestraling (RT) plus ICI en 76 patiënten (5,17%) kregen chemoRT plus ICI.
Hoewel de algemene conclusie in de multivariabele analyse was dat patiënten die immuuntherapie met anti-PD-medicijnen (ICI) hadden gekregen een statistisch significant betere overall overleving (OS) hadden vergeleken met geen immuuntherapie (ICI) (HR, 0,62; 95% BI, 0,51-0,76; P <0,001), waren de zeer grote verschillen in aantallen tussen de twee onderlinge groepen, en de zeer kleine aantallen in de immuuntherapiegroep (ICI), zo groot dat de resultaten gemakkelijk zouden kunnen worden vertekend door onvoldoende beoordeelde variabelen en daarom op zijn best kan worden gezien als te verwachten resultaten (hypothesegenererend).
Verder concludeerden de auteurs dat radiotherapie - bestraling (RT) plus immuuntherapie met anti-PD medicijnen (ICI) geassocieerd was met statistisch significant verbeterde overall overleving (OS) vergeleken met radiotherapie - bestraling alleen (HR 0,59; 95% BI 0,42-0,84; P = 0,003).
Echter chemotherapie plus immuuntherapie (ICI) of chemoRT plus ICI werd niet geassocieerd met een verbeterde overall overleving (OS). immuuntherpaie met anti-PD medicijnen gecombineerd met radiotherapie verbeterde de overall overleving met 10 maanden vergeleken met alleen radiotherpaie - bestraling. Wat een heel groot verschil is voor deze groep van patiënten waarbij de mediane overall overleving vaak slechts maanden is en zeker geen jaren.
Het volledige studierapport: Association of Immunotherapy With Survival Among Patients With Brain Metastases Whose Cancer Was Managed With Definitive Surgery of the Primary Tumor is gratis in te zien.
JAMA Netw Open. 2020;3(9):e2015444. doi:10.1001/jamanetworkopen.2020.15444
Key Points Español 中文 (Chinese)
Question Is combining immunotherapy with other cancer treatments associated with improved overall survival in patients with brain metastases?
Findings In this comparative effectiveness study of 3112 adult patients who received definitive surgery of the primary cancer site, those who received any treatment plus immunotherapy had better overall survival than those who received no immunotherapy. Results varied with other combined therapies; immunotherapy plus radiation therapy was associated with improved overall survival compared with radiation therapy alone, but immunotherapy plus chemotherapy was not associated with improved overall survival compared with chemotherapy alone.
Meaning In this study, immunotherapy plus radiotherapy was associated with improved overall survival compared with radiotherapy alone.
Importance Immunotherapy has shown significant control of intracranial metastases in patients with melanoma. However, the association of immunotherapy combined with other cancer treatments and overall survival (OS) of patients with brain metastases, regardless of primary tumor site, is unknown.
Objective To explore the association of immunotherapy with OS in patients with cancer and brain metastases who received definitive surgery of the primary site.
Design, Setting, and Participants This comparative effectiveness study included 3112 adult patients in the National Cancer Database from 2010 to 2016 with non–small cell lung cancer, breast cancer, melanoma, colorectal cancer, or kidney cancer and brain metastases at the time of diagnosis and who received definitive surgery of the primary site. Data analysis was conducted from March to April 2020.
Exposures Treatment groups were stratified as follows: (1) any treatment with or without immunotherapy, (2) chemotherapy with or without immunotherapy, (3) radiotherapy (RT) with or without immunotherapy, and (4) chemoradiation with or without immunotherapy.
Main Outcomes and Measures The association of immunotherapy with OS was assessed with Cox proportional hazards regression, adjusted for age at diagnosis, race, sex, place of living, income, education, treatment facility type, primary tumor type, and year of diagnosis.
Results Of 3112 patients, 1436 (46.14%) were men, 2714 (87.72%) were White individuals, 257 (8.31%) were Black individuals, and 123 (3.98%) belonged to other racial and ethnic groups. The median (range) age at diagnosis was 61 (19-90) years. Overall, 183 (5.88%) received immunotherapy, 318 (10.22%) received chemotherapy alone, 788 (25.32%) received RT alone, and 1393 (44.76%) received chemoradiation alone; 22 (6.47%) received chemotherapy plus immunotherapy, 72 (8.37%) received RT plus immunotherapy, and 76 (5.17%) received chemoradiation plus immunotherapy. In the multivariable analysis, patients who received immunotherapy had significantly improved OS compared with no immunotherapy (hazard ratio, 0.62; 95% CI, 0.51-0.76; P < .001). Treatment with RT plus immunotherapy was associated with significantly improved OS compared with RT alone (hazard ratio, 0.59; 95% CI, 0.42-0.84; P = .003). Chemotherapy plus immunotherapy or chemoradiation plus immunotherapy were not associated with improved OS in the multivariable analysis.
Conclusions and Relevance In this study, the addition of immunotherapy to RT was associated with improved OS compared with radiotherapy alone in patients with brain metastases who received definitive surgery of the primary tumor site.
4.
Davis FG, Dolecek TA, McCarthy BJ, Villano JL. Toward determining the lifetime occurrence of metastatic brain tumors estimated from 2007 United States cancer incidence data.
Neuro Oncol. 2012;14(9):1171-1177. doi:
10.1093/neuonc/nos152PubMedGoogle ScholarCrossref
9.
Fabi A, Felici A, Metro G, et al. Brain metastases from solid tumors: disease outcome according to type of treatment and therapeutic resources of the treating center.
J Exp Clin Cancer Res. 2011;30(1):10. doi:
10.1186/1756-9966-30-10PubMedGoogle ScholarCrossref
12.
Kocher M, Soffietti R, Abacioglu U, et al. Adjuvant whole-brain radiotherapy versus observation after radiosurgery or surgical resection of one to three cerebral metastases: results of the EORTC 22952-26001 study.
J Clin Oncol. 2011;29(2):134-141. doi:
10.1200/JCO.2010.30.1655PubMedGoogle ScholarCrossref
13.
Soffietti R, Kocher M, Abacioglu UM, et al. A European Organisation for Research and Treatment of Cancer phase III trial of adjuvant whole-brain radiotherapy versus observation in patients with one to three brain metastases from solid tumors after surgical resection or radiosurgery: quality-of-life results.
J Clin Oncol. 2013;31(1):65-72. doi:
10.1200/JCO.2011.41.0639PubMedGoogle ScholarCrossref
17.
Krop IE, Lin NU, Blackwell K, et al. Trastuzumab emtansine (T-DM1) versus lapatinib plus capecitabine in patients with HER2-positive metastatic breast cancer and central nervous system metastases: a retrospective, exploratory analysis in EMILIA.
Ann Oncol. 2015;26(1):113-119. doi:
10.1093/annonc/mdu486PubMedGoogle ScholarCrossref
18.
Fan Y, Huang Z, Fang L, et al. Chemotherapy and EGFR tyrosine kinase inhibitors for treatment of brain metastases from non-small-cell lung cancer: survival analysis in 210 patients.
Onco Targets Ther. 2013;6:1789-1803.
PubMedGoogle Scholar
19.
Cochran DC, Chan MD, Aklilu M, et al. The effect of targeted agents on outcomes in patients with brain metastases from renal cell carcinoma treated with Gamma Knife surgery.
J Neurosurg. 2012;116(5):978-983. doi:
10.3171/2012.2.JNS111353PubMedGoogle ScholarCrossref
20.
Knisely JP, Yu JB, Flanigan J, Sznol M, Kluger HM, Chiang VL. Radiosurgery for melanoma brain metastases in the ipilimumab era and the possibility of longer survival.
J Neurosurg. 2012;117(2):227-233. doi:
10.3171/2012.5.JNS111929PubMedGoogle ScholarCrossref
22.
Goldberg SB, Gettinger SN, Mahajan A, et al. Pembrolizumab for patients with melanoma or non-small-cell lung cancer and untreated brain metastases: early analysis of a non-randomised, open-label, phase 2 trial.
Lancet Oncol. 2016;17(7):976-983. doi:
10.1016/S1470-2045(16)30053-5PubMedGoogle ScholarCrossref
24.
Kiess AP, Wolchok JD, Barker CA, et al. Stereotactic radiosurgery for melanoma brain metastases in patients receiving ipilimumab: safety profile and efficacy of combined treatment.
Int J Radiat Oncol Biol Phys. 2015;92(2):368-375. doi:
10.1016/j.ijrobp.2015.01.004PubMedGoogle ScholarCrossref
25.
Skrepnik T, Sundararajan S, Cui H, Stea B. Improved time to disease progression in the brain in patients with melanoma brain metastases treated with concurrent delivery of radiosurgery and ipilimumab.
Oncoimmunology. 2017;6(3):e1283461. doi:
10.1080/2162402X.2017.1283461PubMedGoogle Scholar
26.
Qian JM, Yu JB, Kluger HM, Chiang VL. Timing and type of immune checkpoint therapy affect the early radiographic response of melanoma brain metastases to stereotactic radiosurgery.
Cancer. 2016;122(19):3051-3058. doi:
10.1002/cncr.30138PubMedGoogle ScholarCrossref
30.
Tazi K, Hathaway A, Chiuzan C, Shirai K. Survival of melanoma patients with brain metastases treated with ipilimumab and stereotactic radiosurgery.
Cancer Med. 2015;4(1):1-6. doi:
10.1002/cam4.315PubMedGoogle ScholarCrossref
33.
Weber JS, Amin A, Minor D, Siegel J, Berman D, O’Day SJ. Safety and clinical activity of ipilimumab in melanoma patients with brain metastases: retrospective analysis of data from a phase 2 trial.
Melanoma Res. 2011;21(6):530-534. doi:
10.1097/CMR.0b013e32834d3d88PubMedGoogle ScholarCrossref
34.
Kiess AP, Wolchok JD, Barker CA, et al. Stereotactic radiosurgery for melanoma brain metastases in patients receiving ipilimumab: safety profile and efficacy of combined treatment.
Int J Radiat Oncol Biol Phys. 2015;92(2):368-375. doi:
10.1016/j.ijrobp.2015.01.004PubMedGoogle ScholarCrossref
36.
Acharya S, Mahmood M, Mullen D, et al. Distant intracranial failure in melanoma brain metastases treated with stereotactic radiosurgery in the era of immunotherapy and targeted agents.
Adv Radiat Oncol. 2017;2(4):572-580. doi:
10.1016/j.adro.2017.07.003PubMedGoogle ScholarCrossref
39.
Barker HE, Paget JT, Khan AA, Harrington KJ. The tumour microenvironment after radiotherapy: mechanisms of resistance and recurrence.
Nat Rev Cancer. 2015;15(7):409-425. doi:
10.1038/nrc3958PubMedGoogle ScholarCrossref
hersenuitzaaiingen, hersenmetastasen, immuuntherapie, anti-PD medicijnen, overall overleving, primaire tumor, solide tumoren, melanomen, nierkanker, longkanker, darmkanker
Gerelateerde artikelen
Plaats een reactie ...
Reageer op "Hersenuitzaaiingen: Immuuntherapie alleen of in combinatie met radiotherapie bij de behandeling van hersenmetastasen na operatie van de primaire tumor geeft langere en betere overall overleving bij solide tumoren van verschillende primaire oorsprong"