1 maart 2018: Bron: Genitourinary Cancers Symposium (GUCS) 2018.
Wanneer aan een CT-PET-scan bij een gestaag oplopende PSA van mannen met prostaatkanker het stofje 18F-fluciclovine wordt toegevoegd dan veranderen artsen / oncologen bij maar liefst 60 procent het behandelplan dat opgesteld was na het bekend worden van oplopende PSA en resistentie voor de primaire behandeling waarvoor behandelende artsen hadden besloten om een behandeling te starten.
Dit stofje 18F-fluciclovine maakt namelijk nog niet zichtbare tumoren wel zichtbaar en de CT/Pet-scan toont dan wel of niet aanwezig zijn van tumorcellen bv buiten de prostaat zelf.(18F-fluciclovine is a synthetic amino acid that is taken up by amino acid transporters that are "massively" upregulated in many cancers, including prostate cancer.) Blijkbaar kan 18F-fluciclovine ook gebruikt worden bij andere vormen van kanker.
En ook in Nederland wordt dit al gebruikt. Volgens mij is dit vergelijkbaar met de PSMA scan die net weer een ander stofje gebruiken. Zie deze PDF uit Catharine ziekenhuis Eindhoven die patienten krijgen als ze zo'n scan krijgen met 18F-fluciclovine. Tekst gaat verder onder de foto
De veranderingen in behandelingsopties waren zowel positief zoals van palliatieve aanpak naar wait-and-see als een negatieve verandering van wait-and-see naar een palliatieve of systemische behandeling.
Dezer studie FALCON (Fluciclovine PET/CT in Biochemical Recurrence of Prostate Cancer) geheten en werd uitgevoerd bij totaal 85 patiënten met een recidief / hormoonresistentie van prostaatkanker werd gepresenteerd in een video op GUCS 2018.
Studieprotocol staat in clinical trials onder no.: NCT02578940
Deelnemende patiënten:
Patients | N = 85 |
---|---|
Detection rate: | n (%) |
Patient | 44/85 (51.8) |
Prostate/bed | 34/85 (40.0) |
Extraprostatic | 19/85 (22.4) |
Pelvic lymph nodes | 12/85 (14.1) |
Bone | 9/85 (10.6) |
CIM: n (%) | 52/85 (61.2) |
Prior RP | 24/52 (46.2) |
Positive 18F-fluciclovine scan | 41/52 (78.8) |
Major CIM: n (%) | 31/52 (59.6) |
Salvage therapy to watchful waiting | 13/52 (25.0) |
Salvage therapy to systemic therapy | 18/52 (34.6) |
Other CIM: n (%) | 21/52 (40.4) |
Modified RT field | 21/52 (40.4) |
Studieresultaten:
In de FALCON-studie namen de onderzoekers als basis het beoogde behandelplan voor prostaatkankerpatiënten nadat deze patiënten waren geconfronteerd met een recidief en/ of hormoonresistentie door oplopende PSA. Vervolgens werden deze patiënten opnieuw gescand met een CT/Pet-scan maar nu met het stofje 18F-fluciclovine erbij en werd urologen en oncologen gervraagd op basis daarvan een behandelplan op te stellen.
Het primaire doel van deze studie was te kijken wat de invloed in de klinische praktijk zou zijn van het stofje 18F-fluciclovine op het behandelplan dat de artsen voorstelden aan de patiënten.
Veranderingen in het behandelingsplan na de CT/Pet-scan met het stofje 18F-fluciclovine, zoals een verandering van palliatieve-radiotherapie (RT) naar systemische therapie (bv. hormoontherapie of chemotherapie) , werden geclassificeerd als belangrijke grote veranderingen ("major").
Veranderingen binnen een behandeling, (bijv. een wijziging van de bestralingsvelden) werden geclassificeerd als "andere", aldus onderzoeksleider Teoh.
Van de 52 mannen voor wie veranderingen in het behandelvoorstel werden aangebracht, ondergingen 31 mannen een grote verandering (voor 18 patiënten werd de geplande behandeling veranderd in systemische niet-curatieve therapie, voor 13 patiënten werd de geplande behandeling veranderd in wait-and-see).
Voor 21 patiënten werden veranderingen in het management geclassificeerd als "andere" (geplande radiotherapie - bestraling werd aangepast om een boost op een positieve laesie of een verbreding van het veld naar het gehele bekken te bestrijken).
Voor de 85 deelnmende patiënten was de gemiddelde periode na de eerste diagnose tot aan de niuewe diagnose 4,8 jaar; de mediane leeftijd van de patiënten was 67 jaar. De meesten (56; 65,9%) hadden eerder een radicale prostatectomie (RP) ondergaan en 27 hadden radiotherapie - bestraling (± andere therapie) gekregen. Voor 12 mannen (14,1%) was de Gleason-score ≤6; voor 60 (70,6%) was de score 7; en voor 13 (15,3%) was de score ≥8.
Het abstract van deze studie: The FALCON trial: Impact of 18F-fluciclovine PET/CT on clinical management choices for men with biochemically recurrent prostate cancer. staat hieronder.
18F-fluciclovine PET/CT has substantial impact on clinical decisions for men with a first BCR of prostate cancer after curative-intent primary therapy.
The FALCON trial: Impact of 18F-fluciclovine PET/CT on clinical management choices for men with biochemically recurrent prostate cancer.
Authors:
Eugene Jueren Teoh, David M. Bottomley, Andrew Scarsbrook, Heather Payne, Asim Afaq, Jamshed Bomanji, Nick Van As, Sue Chua, Peter Hoskin, Anthony Chambers, Gary J. Cook, Victoria S. Warbey, Albert Chau, Penelope Ward, Matthew P. Miller, Daniel J. Stevens, Lynn Wilson, Fergus V. Gleeson; Oxford University Hospitals/ NHS Foundation Trust, Oxford, United Kingdom; Leeds Teaching Hospitals NHS Trust,...
Background: Detection of the extent of local recurrence and of metastases in biochemical recurrence (BCR) of prostate cancer facilitates selection of appropriate treatment. The FALCON trial (NCT02578940) assessed the impact of 18F-fluciclovine PET/CT on the clinical management of men with BCR of prostate cancer following initial radical therapy.
Methods: Men being considered for curative-intent salvage therapy following first BCR were recruited at 6 UK sites. Management plans were documented prior to and following 18F-fluciclovine PET/CT imaging. Post-scan changes to treatment modality such as salvage radiotherapy to systemic therapy were classed as ‘major’, while changes within a modality (e.g. modified RT fields) were classed as ‘other’. A pre-planned interim analysis of the first 85 patients was conducted; recruitment was to be stopped for efficacy if the number of treatment changes was > 45 (52.9%; 97.5% CI: 40.3–62.3%), or for futility if ≤ 8 (9.4%, 97.5% CI: 3.6–18.9%).
Results: The 85 enrolled patients were a mean 4.8 y post-initial diagnosis, with a median age of 67 y and median PSA of 0.63ng/mL. Twelve (14.1%) had a Gleason score ≤ 6, 60 (70.6%) had a score of 7 and 13 (15.3%) had a score ≥ 8. Most (56; 65.9%) had previously undergone radical prostatectomy (RP), with 27 having received RT (± other therapy). The majority of those imaged (52; 61.2%) had a change in management (CIM) post-scan (Table). Recruitment was subsequently stopped as the pre-specified condition defining overwhelming efficacy was met.
Conclusions: This prospective trial shows 18F-fluciclovine PET/CT has substantial impact on clinical decisions for men with a first BCR of prostate cancer after curative-intent primary therapy. Clinical trial information: NCT02578940
Patients | N = 85 |
---|---|
Detection rate: | n (%) |
Patient | 44/85 (51.8) |
Prostate/bed | 34/85 (40.0) |
Extraprostatic | 19/85 (22.4) |
Pelvic lymph nodes | 12/85 (14.1) |
Bone | 9/85 (10.6) |
CIM: n (%) | 52/85 (61.2) |
Prior RP | 24/52 (46.2) |
Positive 18F-fluciclovine scan | 41/52 (78.8) |
Major CIM: n (%) | 31/52 (59.6) |
Salvage therapy to watchful waiting | 13/52 (25.0) |
Salvage therapy to systemic therapy | 18/52 (34.6) |
Other CIM: n (%) | 21/52 (40.4) |
Modified RT field | 21/52 (40.4) |
Plaats een reactie ...
1 Reactie op "Toevoeging van het stofje 18F-fluciclovine aan een CT/Pet-scan verandert voorgesteld behandelplan bij 60 procent van de prostaatkankerpatienten"
Gerelateerde artikelen
- Urinetest met 18 genen ontdekt beter of prostaatkanker hooggradig is of zal worden dan de 2-genentest via PSA blijkt uit nieuwe studie
- Prostaatkanker blijkt zich door genmutaties in twee verschillende vormen te ontwikkelen. Een agressieve vorm en een passieve vorm.
- MRI van prostaat traceert prostaatkanker bij mannen vaker dan een PSA meting en zou sterfte aan prostaatkanker kunnen verminderen
- Nieuwe diagnostische ontwikkelingen (zoals MRI) kunnen agressieve prostaatkanker beter opsporen met minder biopsie procedures en minder overdiagnostiek.
- Combinatie van urinetest op EN2-eiwitmarker en waarden van 10 specifieke genen kan de noodzaak van een biopt aantonen van patiënten met een klinische verdenking van prostaatkanker.
- Oncotype DX Genomic Prostate Score voorspelt nagenoeg zelfde uitkomsten voor blanke en zwarte mannen
- Aanwezigheid van bepaalde mutaties in meting van tumor-DNA via bloedtest na 1 kuur abiraterone voorspelt overlevingskansen van patienten met uitgezaaide prostaatkanker.
- Prostaat-specifiek membraanantigeen PET-CT bij prostaatkankerpatienten voor chirurgie of radiotherapie (proPSMA) geeft betere diagnose dan gewone CT-scan of MRI
- Nieuwe richtlijnen bij diagnostiek van prostaatkanker gaan vandaag in. Eerst MRI daarna pas biopt.
- finasteride kan prostaatkanker voorkomen (min 24 procent). Maar finasteride en dutasteride gebruik veroorzaakt wel bij eerste diagnose hogere Gleasonscores, vaker uitgezaaide ziekte en hogere specifieke sterfte aan prostaatkanker en alle oorzaken
- Effectieve diagnosetechnieken voor prostaatkanker getoetst in reviewstudie. Een prima hulp voor urologen en oncologen hoe prostaatkankerpatienten te behandelen en adviseren.
- Urinetest (SelectMDx) onderscheidt agressiviteit van prostaatkanker en maakt diagnose completer. Radboud ziekenhuis past deze urinetest al toe copy 1
- Toevoeging van het stofje 18F-fluciclovine aan een CT/Pet-scan verandert voorgesteld behandelplan bij 60 procent van de prostaatkankerpatienten
- Bloedtest op circulerende DNA reparatiecellen toont binnen 8 weken aan of een behandeling met olaparib bij prostaatkanker zinvol is.
- Genentest van Oncotype DX (GPS test) voorspelt of prostaatkankerpatienten behandeling nodig hebben of niet na operatie.
- Genenmutaties - 3 groepen - zijn bepalend voor kansen op overall overleving met of zonder bestraling bij prostaatkanker. copy 1
- Bloedtest op aantal, grootte en vorm van circulerende tumorcellen voorspelt welke behandeling beste is bij vergevorderde prostaatkanker: abiraterone en enzalutamide of chemo
- Prolaris, een commerciële genentest voor prostaatkanker, blijkt betrouwbare prognostische informatie te geven op kansen op recidief en verder ziekteverloop van prostaatkanker
- AR-V7 receptor voorspelt welke behandeling zinvol is voor hormoonresistente gevorderde prostaatkanker: chemo of abiraterone en enzalutamide copy 2
- mp-MRI zou beste methode zijn als diagnosetechniek voor vaststellen van prostaatkanker en lijkt superieur aan PSA meting
- BCRA 1 en BCRA 2: prostaatkankerpatienten die drager zijn van het borstkankergen BRCA 1 of BRCA 2 hebben agressievere vorm van prostaatkanker en significant meer kans op overlijden.
- Diagnose prostaatkanker via PSA meting leidt vaak tot onnodige operaties, aldus prof. Schröder.
- Diagnose prostaatkanker: In 30 tot 44 procent van PSA verhoging is sprake van overdiagnose bij mannen met verdenking van prostaatkanker
- DNA testen noodzakelijk voor prostaatkanker met uitzaaingen. Deze heeft meer erfelijk gerelateerde genmutaties dan nog niet uitgezaaide prostaatkanker. copy 1
- Genentest AMACR - naast PSA meting lijkt accurater in vaststellen van prostaatkanker.
- Expressie van eiwit Hsp-27 in urine bij diagnose voorspelt mate van agressiviteit van prostaatkanker en kan wel of niet behandelen bepalen.
- Bloedtest aanvullend op PSA meting geeft significant betere betrouwbaarheid in vaststellen van prostaatkanker.
- Eiwitten S100AS en S100A9 samen met de S100 receptor RAGE lijken bepalend voor diagnose beginnende prostaatkanker
- Mannen met hoog risico op prostaatkanker hebben in voorgaande controles 'normale' PSA waarden. Andere diagnose techieken lijken vereist voor vaststellen van prostaatkanker.
- RECAF - naast PSA meting lijkt accurater in vaststellen van prostaatkanker
- Combidex - Ferumostan-10 geeft betrouwbare diagnostische resultaten (90 tot 100 procent) bij wel of niet uitzaaiingen bij prostaatkanker tot op 2 mm.doorsnede. FDA geeft goedkeuring
- PSA waarden die snel weer stijgen na behandeling zijn voorspeller van slechte prognoses bij prostaatkanker
- Urinetest op PCA3 voorspelt ontwikkeling en verloop van prostaatkanker nauwkeuriger dan PSA test zelf. Ook kan de uitslag van de urinetest PCA3 een biopsie voorkomen en de agressiviteit voorspellen. Gleasonscore blijkt gerelateerd aan de gemeten waarden
- Screening van mannen op prostaatkanker geeft geen verschil in positief effect op succes van eerder behandelen en overall overleving en leidt in tegendeel tot nadelen van overbehandeling blijkt uit groot bevolkingsonderzoek.
- Diagnose: overzicht van artikelen en informatie van diagnose technieken bij verdenking van prostaatkanker
Arbiraterone en ook enzalutamide kunnen elk mediaan nog een half jaar extra geven (samen circa 1 jaar).
Met prostasol, Maitake en een aantal andere middelen uit mijn repertoir is nog veel meer mogelijk.