Aan dit artikel is enkele uren gewerkt. Opzoeken, vertalen, plaatsen enz. Als u ons wilt ondersteunen dan kan dat via een al of niet anonieme donatie. Elk bedrag is welkom hoe klein ook. Klik hier als u ons wilt helpen kanker-actueel online te houden Wij zijn een ANBI organisatie en in principe is dus uw donatie aftrekbaar voor de belasting.
15 februari 2012: de vertaalde verklaring van dr. Lissone over wanneer en waarom melatonine te gebruiken onderaan dit artikel is zeer de moeite...
14 februari 2012: Arts-bioloog drs. E. Valstar schreef onderstaande al in 2001. Inmiddels is nog veel meer bekend over melatonine, zie linkerkolom
Mei 2001. Bron: Arts-bioloog drs. E. Valstar
Genoemd artikel en andere besprekingen van gerandomiseerde studies ten aanzien van kanker zijn terug te lezen in de Orthomoleculaire Koerier. Aan te vragen bij Orthos Media: tel. 070-3585673
In dit artikel zal ik het effect van melatonine als adjuvant in de behandeling van het maligne melanoom en het
Hier de zoveelste gerandomiseerde studie die bewijst dat melatonine en 5-methoxytryptamine (5-MTT) als aanvulling een effectieve rol kunnen spelen in de behandeling van kanker. In deze studie wordt significant bewezen dat wanneer melatonine en 5-methoxytryptamine (5-MTT), wordt gegeven naast chemokuren voor niet-kleincellige longkanker de effectiviteit significant wordt vergroot en de bijwerkingen significant worden verminderd. Hier het abstract van deze studie maar zie nog vele andere studies in linkerkolom.
1: Pathol Biol (Paris). 2007 Apr-May;55(3-4):198-200. Epub 2007 Apr 23 Biochemotherapy...
Mei 2007: Bron: 1: Pathol Biol (Paris). 2007.
Biochemotherapy with standard chemotherapies plus the pineal hormone melatonin in the treatment of advanced solid neoplasms. Lissoni P. Division of Radiation Oncology, Ospedale S. Gerardo, Via Donizetti 106, 20052 Monza, Milan, Italy.
Een gerandomiseerde studie bij 350 kankerpatienten wijst uit dat wanneer patienten met niet-kleincellige longkanker of spijsverteringskankersoorten zoals maagkanker en darmkanker naast hun chemokuren konsekwent melatonine krijgen toegediend deze significant langer leven en betere...
14 februari 2012: Arts-bioloog drs. E. Valstar schreef onderstaande al in 2001. Inmiddels is nog veel meer bekend over melatonine, zie linkerkolom
Melatonine verlengt leven bij patiënten met uitgezaaide niet kleincellige longkanker ; een bespreking van twee studies. (door Drs. E. Valstar)
Met chemotherapie is een bescheiden levensverlenging bij patiënten met een uitgezaaide niet-kleincellige longkanker haalbaar. Melatonine verlengt het leven ook ; om dit aan te tonen wil ik 2 gerandomiseerde onderzoeken bespreken.
Allereerst het onderzoek van Lissoni , Barni...
24 oktober 2005: Bron: Met dank aan Susan en www.lef.org
Een grote 20 jarige studie onder 32000 tweelingen geboren voor 1958 waaronder 12.222 vrouwen toont aan dat de vrouwen die relatief kort slapen, gemiddeld 6 à 7 uur, een groter risicio hebben op het ontwikkelen van borstkanker dan vrouwen die echt lang en goed slapen. We praten hier dan over meer dan 8 uur per nacht gemiddeld. De langslapers bleken een 71% minder groot risico op borstkanker...
De rol van melatonine naast Nolvadex - Tamoxifen bij vrouwen met vergevorderde borstkanker, welke “hormoonongevoelig” zijn.
Hormoongevoeligheid bij borstkanker is een relatief begrip ; ook als er sprake is van hormoonongevoeligheid, is er in het algemeen toch een beperkt aantal receptoren, waardoor bijvoorbeeld Nolvadex -= Tamoxifen toch nog wel een zeker effect kan hebben (bekend zijn de meta-analyses, begin negentiger jaren in de Lancet gepubliceerd, waaruit bleek, dat Nolvadex als adjuvant bij postmenopausale ,...
Via internet wordt melding gemaakt van het feit dat Johnni Hansen, een bekende Deense onderzoeker naar de werking van melatonine o.a. een nieuwe studie heeft gepubliceerd onder maar liefst 7.025 vrouwen die aantoont dat 's nachts werken het risico op het krijgen van borstkanker met 1,5 keer vergroot in vergelijking met mensen die overdag werken. Ik heb dit bericht en twee andere studies die deze bevindingen bevestigen en al in 2000 en 2001 in toonaangevende medische tijdschriften zijn gepubliceerd onder elkaar...